Nergens in Nederland zijn baasjes van honden zo duur uit als in Den Haag
In 21 van de 52 Zuid-Hollandse gemeenten (40%) moeten inwoners hondenbelasting betalen in 2023. Daarmee ligt de provincie precies op het landelijke gemiddelde. Maar in de Zuid-Hollandse gemeenten waar nog hondenbelasting wordt geïnd zijn inwoners wel het duurst uit. En daarbij spant Den Haag de kroon. Dit blijkt uit onderzoek door Huisdierenverzekeringen.nl, dat de hondenbelastingtarieven opvroeg bij alle gemeenten.
Zuid-Hollanders betalen, met een gemiddelde van €89,49 voor de eerste hond, naar verhouding het hoogste bedrag aan hondenbelasting. Het landelijke gemiddelde is €69,72, met Limburg als voordeligste provincie (gemiddeld €56,45).
Van de gemeenten mét hondenbelasting, liggen de drie duurste gemeenten alle drie in Zuid-Holland. In Den Haag zijn hondeneigenaren het meest kwijt voor hun viervoeter. Voor iedere eerste hond in een huishouden moet €137,25 worden afgerekend. Ook Hendrik-Ido-Ambacht en Katwijk zijn met respectievelijk €134,76 en €124,66 prijzig, terwijl Barendrecht (€110,40) en Oegstgeest (€103,71) eveneens in de top 10 duurste gemeenten staan.
Onderaan de lijst met hondenbelasting-gemeenten staan Valkenburg aan de Geul, waar de eerste hond gratis is en je voor een tweede hond €92,40 betaalt, en Nederweert (zowel de eerste als de tweede hond €25,00).
Stijgers en dalers
Hondeneigenaren in Dordrecht, Goeree-Overflakkee, Gorinchem, Leidschendam-Voorburg, Noordwijk, Pijnacker-Nootdorp en Zwijndrecht zullen vrolijk gestemd zijn, want daar is de hondenbelasting vanaf dit jaar komen te vervallen. In Schiedam daalde het tarief met meer dan 30 procent.
Ten opzichte van vorig jaar, komen inwoners van Westvoorne en Hellevoetsluis er daarentegen het minst gunstig vanaf. Na de gemeentelijke herindeling naar Voorne aan Zee betalen zij ruim 21% meer aan hondenbelasting. Ook in Zoetermeer was er een forse stijging, maar daar werd de toename van 11,5% niet veroorzaakt door een gemeentefusie.