DOOR GERARD S. VERVER
DOOR GERARD S. VERVER

Column: Zowaar twee juichmomenten

Column

Herinnert u zich nog die ene persconferentie van Louis van Gaal. Nou waren zijn optredens op dat soort bijeenkomsten altijd vermakelijk, maar die ene steekt echt overal bovenuit. “Dan gaat de coach juichen”, schreeuwde hij het ineens uit., terwijl de armen triomfantelijk de lucht ingingen en hij het woord ‘juichen oprekte tot een ‘juicheeeen’. Waarom haal ik dat aanhaal? Is die man echt zo belangrijk, dat hij zelfs een plaats in deze krant krijgt? Hij heeft in Vlaar nooit dingen gedaan en zal dat vast ook niet doen. Zelfs niet nu de stad volhangt met Vlaardingen750-vlaggen en op de Prelleweg een groot schilderwerk bezoekers aanspoort: Vlaar-dingen-doen.

Eerst nog even over dat juichen. U zult het vast niet geloven, maar heb ik het in de afgelopen weken tweemaal gedaan. Juichen, bedoel ik. En dat was niet eens bij het aanschouwen van een sportwedstrijd. Daar probeer ik, als persvolger, een neutraal toeschouwer te zijn. Nee, één van mijn juichmomenten ontstond thuis op het moment dat ik met kloppend hart de envelop van de Regionale Belasting Groep open ritste. U weet wel: dat is de instantie die namens de gemeente en het waterschap tolgeld heft. Dat is ieder jaar ietsje meer en zou ditmaal, voorspelden de financiële redacties van de landelijke kranten, wel eens flink uit de hand kunnen lopen. Op het gevaar af, dat ik die lui van de RBG ertoe aanspoor om op zoek te gaan naar een rekenfoutje en de tol wordt herberekend, kan ik mededelen, dat ik de Gemeente Vlaardingen een tien met een griffel geef. Het is dat Delfland bovenmodaal inhalig is door de Zuiveringsheffing met meer dan 15% te verhogen, anders had ik de inflatiedans helemaal ontsprongen. En laat het op de dag dat ik dit tik juist Complimentendag zijn. “Juicheeeen”, roep ik daarom Van Gaal na. Maar er was nog een moment, dat ik victorie kraaide. Slechts in gedachte overigens. Want ik ga echt niet voor de hele goegemeente in mijn eentje juichen en voor paal staan. ik deed het ingetogen. Het is dan vrijdag 24 februari klokslag 11.00 uur. Vier jaar, nadat de sporthal aan de Claudius Civilislaan volgens de plannen van toen, de poorten had moeten openen, ging pas de eerste paal de bodem in. De wachttijd kostte vele extra miljoenen en mij, artikelen tikkend, bijna de vingers. Want tussen toen en nu heeft deze krant die dramatische vertraging kritisch gevolgd. Overigens zonder effect, want de gemeenteraad nam een glas, deed een plas en liet alles gebeuren zoals het was. Een Raads Enquête dan? Reken er maar niet op.

Omdat ik mezelf had uitgenodigd kon ik hoogstpersoonlijk controleren, dat die paal de grond inging. Toch miste ik wat. Bij andere eerste palen legde een heibaas voordat de laatste slag geslagen werd, knalvuurwerk op de kop van die paal. Nu niet. Het had mijn juichmoment, na die jarenlange vertraging, zoveel feestelijker gemaakt.