Onderwijs en technologie: vijf trends om in de gaten te houden
REGIO - De manier van lesgeven is door de jaren heen al flink veranderd. Internet, computers en tablets hebben het gewonnen van de enorme berg schoolboeken, pennen en potloden. En Miro, Socrative en Kahoot! zijn niet meer weg te denken uit het klaslokaal. Het maakt de lessen een stuk leuker en aantrekkelijker en het motiveert leerlingen om actief met de lesstof bezig te zijn.
De jongeren van nu komen terecht in de meest geavanceerde wereld ooit. In deze wereld is alles steeds meer gedigitaliseerd: van het basis- en middelbaar onderwijs tot aan de universiteit. Het gaat om leren en experimenteren. Het onderwijs wordt steeds flexibeler en informeler. En geen one-size-fits-all benadering meer. Welke trends gaan de komende jaren nu écht een beslissende rol spelen in het onderwijs?
Onderwijs op afstand
Het onderwijs is het traditionele klaslokaal inmiddels ontgroeid. Vanwege de pandemie werden scholen namelijk in slechts enkele dagen van 2020 naar 2030 gelanceerd. De flexibiliteit, creativiteit en betrokkenheid van iedereen was indrukwekkend. Verwacht wordt dat onderwijs op afstand en online leren flink gaat groeien, volgens Forbes zo'n 15 procent per jaar! Het biedt jongeren namelijk de mogelijkheid om bepaalde vakken te leren die ze niet in hun vakkenpakket hebben.
Je leven lang leren
Het huidige onderwijs is ontwikkeld voor een compleet andere wereld, die van vroeger. In die tijd werd nog van jongeren verwacht dat ze kozen voor één vak, één baan. Maar ‘een baan voor het leven’ is inmiddels verleden tijd. Vanwege de snelle technologische ontwikkelingen kunnen bepaalde skills al snel achterhaald zijn. Je leven lang blijven leren is daarom zo gek nog niet.
Extended Reality (XR)
Virtual Reality (VR), Augmented Reality (AR) en Mixed Reality (MR) vallen onder de term Extended Reality. Deze technologieën gaan de komende jaren snel hun plek vinden binnen het onderwijs. Verschillende onderzoeken hebben al laten zien dat de leermogelijkheden leuker, boeiender én effectiever zijn met deze technologieën. Stel je eens een geschiedenisles voor, waarbij je letterlijk (bijna dan) kunt ronddwalen tussen de piramides in Egypte! Jongeren kunnen dan veel meer lesstof en informatie opnemen.
Artificial Intelligence
We staan er misschien niet bij stil, maar we gebruiken allemaal Artificial Intelligence (AI) in het dagelijks leven. Wat dacht je van de automatische spellingscontrole op je telefoon? Of spraak- en tekstherkenning? Ook in het onderwijs wordt AI gebruikt en dat zal in de komende jaren alleen maar toenemen. Met AI wordt bijvoorbeeld het leerproces van een leerling in kaart gebracht. Het maakt analyses en voorspellingen. Het kan feedback geven en laten zien waar een leerling mogelijk extra begeleiding nodig heeft. Zo hebben leerkrachten steeds beter inzicht in het leerproces en de ontwikkeling van hun klas.
Micro- en nano-learning
Onderwijs op afstand en een leven lang leren zullen niet snel verdwijnen. Maar de aandachtspanne van jongeren en jongvolwassenen is in zo'n drie jaar tijd teruggelopen van 18 à 20 naar minder dan 10 minuten! Gelukkig is de wereld flexibel, want uit deze trend zijn micro- en nano-learning ontstaan. Het leren van nieuwe dingen moet nu hapklaar worden aangeleverd. Micro-learning levert informatie (vaak op een simpele manier) binnen 15 minuten met specifieke leerdoelen. Nano-learning is de compacte vorm van micro-learning. Hier worden hele kleine stukjes kennis overgebracht binnen 2 tot 3 minuten. Vaak bedoeld voor het aanleren van één skill binnen het leerdoel van de micro-learning. Op dit moment zien we micro- en nano-learning veel terug in het hoger onderwijs en het bedrijfsleven. Maar ook binnen het basis- en middelbaar onderwijs zal het snel een plek vinden.
Voorbereid op de toekomst
De veranderingen van de afgelopen jaren waren groot, maar bieden nieuwe kansen. Het is belangrijk dat het onderwijs met trends en ontwikkelingen meegroeit zodat jongeren goed worden voorbereid op de toekomst. Het digitale avontuur vraagt wel om inzet van zowel onderwijsinstellingen en schooldirectie als van leerkrachten en leerlingen. Digitaal onderwijs werkt namelijk niet als je het maar ‘een beetje' doet.
Bron: Onderwijsland.com