Afbeelding
Geert van Diepen

Niet op slot

‘Excuses maken voor het slavernijverleden?' Hij vond het belachelijk. ‘Waar is die Mark Rutte helemaal mee bezig?' We zaten met zijn vijven rond een ovale tafel, in een paviljoen aan zee. Februari, zondagmiddag, vijf broers bijeen om de verjaardag te herdenken van een overleden broer. Tot op dat moment verliep de conversatie zonder discussie of conflicten en blijkbaar wilde iedereen dat zo houden. Niemand reageerde op de dubieuze uitspraak, we hadden zojuist geluncht van geld uit de familie pot, ook bier en wijn waren ervan betaald. ‘Maar oké,' maande de broer zichzelf, ‘laten we het dáar niet over hebben.' Nee, dacht ik, en ook niet over een aantal andere meningen van je. Zoals de omgekeerde Nederlandse vlag aan je gevel en je wantrouwen tegen de overheid. Achter ons brandde de openhaard, het paviljoen had iets van een grote volle huiskamer, sommige gasten spraken Duits of Engels, een groep fietsers in zwarte wielren outfit maakte er plezier en vulde de ruimte regelmatig met bulderend mannen - onder -elkaar gelach. Op strand werd gewandeld, honden renden uitgelaten rond en de zee keek golvend toe. ‘Wat is er?' vroeg een broer toen we na afloop terugliepen naar de fietsen en zag hoe ik mijn jaszakken leeghaalde. ‘Mijn fietssleutel,' gromde ik, ‘sorry, jongens, misschien ligt ie nog in het paviljoen.' Op een drafje liep ik terug. ‘Nee, meneer, belt u vanavond even.' ‘Heb je hem wel op slót gedaan?' vroeg een van de wachtende broers even later. Hij had zijn fiets en de mijne met zijn superzware schakelketting aan een paal vastgelegd. En verdraaid, ik ontdekte opgelucht mijn eigen stommiteit.