Uitzenden of payrolling? De uitvoering in de praktijk is van belang

Partnerbijdrage
Afbeelding
(Foto: )

Sinds 1 januari 2020 is de Wet arbeidsmarkt in balans (Wab) in werking getreden. De invoering van de Wab heeft veel verandering teweeggebracht op het gebied van uitzenden en payrolling. Momenteel komen er veel vragen op over payrolling, onder meer naar aanleiding van de eerste rechtspraak over dit onderwerp.

De vele onduidelijkheden, mede veroorzaakt door de ruime definitie in de wet, zorgen bij uitzenders én opdrachtgevers, maar ook voor payrollers die uitzenders zijn geworden, voor vragen. Wie is de payrollkracht? 

Bent u op grond van een uitzendovereenkomst (niet zijnde een payrollovereenkomst) ter beschikking gesteld, dan kunt u in de praktijk wel degelijk een payrollkracht zijn. Naast duidelijke schriftelijke afspraken is het van belang hoe partijen hieraan in de praktijk uitvoering geven. 

Het indelen van dienstverbanden in de categorie payrolling of uitzenden is niet eenvoudig. Er bestaat nog veel onduidelijkheid over de vraag wanneer u als medewerker nu een payrollkracht of een uitzendkracht bent. In beide gevallen wordt u immers ter beschikking gesteld aan een derde. Er is sprake van een zogenoemd grijs gebied. 

In de uitspraak van de kantonrechter te Amsterdam op 14 juli 2020 (vindplaats ECLI:NL:RBAMS:2020:6130) wordt duidelijk gemaakt dat om gebruik te kunnen maken van een uitzendbeding (waardoor de werkgever de arbeidsovereenkomst gedurende een half jaar met onmiddellijke ingang kan opzeggen) sprake moet zijn van een allocatiefunctie. Dat wil zeggen het bijeenbrengen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Daarvan is geen sprake als de werknemer exclusief aan een derde ter beschikking wordt gesteld.

Indien een flexwerker als uitzendkracht wordt ingehuurd feitelijk toch een payrollkracht blijkt te zijn, kan dit gevolgen hebben zowel voor de formele werkgever als voor de opdrachtgever. De flexwerker zou immers, mogelijk, met terugwerkende kracht allerlei extra arbeidsvoorwaarden kunnen claimen.

Daarom is het belangrijk voor een opdrachtgever dat ze goed weten welk type flexwerker ze inlenen, erop toezien dat deze flexwerker correct beloond wordt en daarover goede schriftelijke afspraken worden gemaakt met uw formele werkgever.

Schipper en Lof Advocaten
Astrid Lof