Column Sterkliniek - Race tegen de klok

Column
Lodewijk Kamps.
Lodewijk Kamps. Foto: Corine Zijerveld

Zoals bekend, doen wij elk weekend dienst en we worden steeds vaker gevonden door eigenaren van dieren die doordeweeks bij andere klinieken zitten. Zo werden we ook gebeld door eigenares Charlotte uit Aalsmeer, die dacht dat haar Britse Korthaar Gizmo aangereden was. Ze mocht meteen komen

De kat had de pech dat hij aan twee voorpoten fracturen van de middenvoetsbeentjes én forse huidwonden had. Dat zijn afschuwelijke combinaties die een behandeling moeilijk maken. Eigenlijk moest Gizmo door een orthopeed geholpen worden, die met pennen en plaatjes werkt, maar dat was niet mogelijk. De echtgenoot van Charlotte was ernstig ziek en ze zouden niet de tijd hebben, noch de zorg kunnen bieden die nodig was na de operaties. Dus besloten we Gizmo met twee spalken te behandelen. Het was een koddig gezicht: twee pootjes in het gips.

Bij de eerste controle kwam de echtgenoot ook mee: een lange, zieke, magere man die juist heel optimistisch en vrolijk was. Met Gizmo ging het goed en we vervingen de spalkjes. Dat moest gebeuren om de wonden onder de spalk goed te bekijken. We zouden dat elke twee dagen doen. Zodoende zagen we de eigenaren ook vaak. Er groeide een vertrouwensband en iedere keer bracht Charlotte mij op de hoogte van de laatste ontwikkelingen met haar man Peter. Welke medicijnen ze nog gingen proberen, hoe het met de bijwerkingen was, hoe lang hij misschien nog te leven had en wat ze nog samen wilden gaan doen. Mits de situatie het tenminste toeliet. Ik kon slechts een luisterend oor hebben en mijn onvoorwaardelijke steun bieden.

Het blijft toch bijzonder dat wij, via het behandelen van dieren, soms zo betrokken raken bij het wel en wee van de eigenaren. Na twee weken kwam Peter weer een keer mee. Hij was erg afgevallen en moest zich aan de tafel vasthouden. Ik bood hem een stoel aan. Samen maakten we de spalkjes los. Het was miraculeus hoe goed het ging. De wonden waren veel kleiner en de fracturen leken al wat gestabiliseerd. Ik zei: "Je gaat zijn genezing nog meemaken" en gezamenlijk brachten we de kleinere en dunnere spalkjes weer aan. Gizmo lag de meeste tijd bij hem op schoot, vertelden ze, wat hij zijn hele leven nooit gedaan had.

Bij de volgende controle vertelde Charlotte dat Peter kracht ontleende aan de gedachte dat hij de genezing van zijn kat zou gaan beleven. Het koude kippenvel stond op mijn rug. Het ging een race worden. Zou de genezing van Gizmo zo gaan dat Peter dat nog kon meemaken? En zou hij zich zo kunnen oppeppen om bij de genezende Gizmo te zijn, dat hij langer in leven bleef? Twee weken later konden de verbanden eraf en liep Gizmo geheel hersteld door de spreekkamer! Het was gelukt. We waren uitgelaten van blijdschap.

Een week later viel de rouwkaart in de bus. In de bomvolle aula werden veel foto's getoond van Peter. De laatste foto's waren van hem en Gizmo, tevreden samen liggend op de bank. Wat een mooi plaatje. Ik hoorde gesnik om me heen.