Wapenverbod opgenomen in Plaatselijke verordening
HOORN - De raad heeft ingestemd met de aanpassing van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) voor wapenbezit in een bepaald gebied of locatie. Deze aanpassing is sinds 20 april 2021 van kracht.
In 2020 diende de raad een motie in om de aanpak wapenbezit in de APV op te nemen. Aanleiding is (landelijke) berichtgeving over de toename van verboden messenbezit onder jongeren. Eind vorig jaar speelden er ook een aantal incidenten in Hoorn waarbij ook messen zijn gebruikt. Politieonderzoek heeft daders opgeleverd en wees uit dat het hier om verschillende typen daders ging.
Extra instrument
Door het toevoegen van artikel 2.45 wordt het verboden om in bepaalde gebieden of voor het publiek toegankelijke gebouwen en terreinen, voorwerpen te dragen die als wapens gebruikt kunnen worden. Deze gebieden of locaties worden vooraf door de burgemeester aangewezen. Hierdoor krijgt de burgemeester een extra instrument om op te kunnen treden bij verstoring van de openbare orde. Dit kan ingezet worden als de openbare orde dusdanig onder druk staat dat een dergelijk verbod bijdraagt aan het herstellen van de openbare orde in een bepaald gebied. Voordat de burgemeester een dergelijke aanwijzing kan doen, moet daar wel een onderbouwing aan ten grondslag liggen dat een dergelijke gebiedsaanwijzing proportioneel is en effectief wordt geacht.
Voorkomen van jeugdoverlast of criminaliteit
Het kabinet werkt aan een wet om de verkoop van messen aan minderjarigen, in winkels en online, te verbieden. Ook het voor handen hebben van een mes of steekwapen wordt voor minderjarigen nog duidelijker verboden. ‘Als gemeente willen wij niet wachten op de wetswijziging’, aldus burgemeester Jan Nieuwenburg. De aanpassing van de APV is een van de manieren om de openbare orde te bewaken. Daarnaast ligt binnen de Hoornse Veiligheidsambitie de focus ook op de aanpak van kwetsbare jongeren die overlast veroorzaken of in de criminaliteit belanden. Nieuwenburg: ‘We zijn als gemeente samen met het jongerenwerk en de politie al een paar jaar intensiever bezig om deze jongeren te helpen. We kijken ook naar hun woonsituatie en hun perspectief op werk. Dus ook de achterliggende problemen willen we daarmee blootleggen en oplossen. Dit vraagt om vasthoudendheid. Geweld of vernielingen staan we niet toe. We leggen een gebiedsverbod op als dat nodig is en stellen jongeren persoonlijk aansprakelijk bij vernielingen. Achttien toezichthouders en jeugdboa’s helpen hierbij.’
