Amerikaanse toestanden

Partnerbijdrage
Evert Hoekstra
Evert Hoekstra (Foto: aangeleverd)

Verleden week las ik dat de University of Southern California (USC) een schadevergoeding van in totaal 852 miljoen dollar betaalt aan 700 vrouwen die een gynaecoloog beschuldigen van seksueel misbruik. Volgens Amerikaanse media gaat het om een recordbedrag voor een misbruikschandaal aan een universiteit. Samen met het bedrag van een eerdere schikking, waarbij 18.000 patiënten aanspraak konden maken op een schadevergoeding, is de universiteit in Los Angeles nu meer dan een miljard dollar kwijt aan het schandaal.

Dit soort berichten staat overigens niet op zich. Regelmatig komen er in de media zaken uit de VS voorbij waarbij astronomische bedragen worden uitgekeerd, of tenminste geclaimd, omdat men van mening is dat onrecht is aangedaan. Soms gaat het om werkelijk schrijnende zaken, maar vaak gaat het vooral om de categorie ‘gelukszoekers’. Ik zag bij de voorbereiding op deze column hilarische ‘rechtszaken’ voorbij komen, zoals een vrouw die Mc Donalds voor vele miljoenen had gedagvaard omdat de koffie te heet was gezet. Of iemand, die zijn pantalon naar de stomerij had gebracht, waarna de broek per ongeluk kwijt was geraakt. De man was ontroostbaar, eis: 67 miljoen (!) dollar. Of een man die een persoon had mishandeld met een Nike-sportschoen. Eenmaal achter de tralies stelde hij Nike voor 60 miljoen dollar aansprakelijk omdat Nike had verzuimd om in het label van de schoen een waarschuwingsboodschap te plaatsen dat de schoenen in potentie zeer gevaarlijke wapens zijn. 

Het zal u niet verbazen dat deze zaken voor de ‘benadeelden’ niet bijster goed afliepen. Maar het illustreert wél het verschil in claimcultuur tussen de VS en hier te lande. Want schadevergoedingen bij letselschadezaken gaan in Nederland meestal om niet meer dan enkele honderdduizenden euro’s, met enkele uitschieters naar boven. Tja, als je dan leest dat in oktober 2019 een 26-jarige Amerikaanse man 8 miljard dollar ontving vanwege ongewenste borstgroei door een voorgeschreven medicijn, dan vraag je je wel hardop af: “zijn zij nou zo slim, of zijn wij nou zo dom?’. 

Het antwoord ligt in het midden. Het heeft allereerst te maken met het feit dat het (sociale) verzekeringssysteem in de VS totaal anders is opgezet en dat als gevolg daarvan mensen ook veel sneller opdraaien voor torenhoge medische kosten en kosten van onderwijs. Maar ook heeft het te maken met het verschil in rechtssystemen, waarbij het in de VS -anders dan bij ons- bijvoorbeeld ook mogelijk is om forse civielrechtelijke boetes (punitive damages) toe te kennen. Dit vloeit mede voort uit het verschil tussen het Civil Law en Comon Law rechtssysteem. 

Het Civil Law systeem is voornamelijk gebaseerd op het wetboek: schriftelijk vastgelegde (gecodificeerde) wetten die door de overheid tot stand worden gebracht. De rechter is in principe gebonden aan die wetten. Alleen als het wetboek geen oplossing biedt voor de voorliggende zaak, maakt de rechter gebruik van de uitspraken in andere zaken (jurisprudentie). Civil Law wordt voornamelijk toegepast op het Europese vasteland, zoals Nederland.

Common Law daarentegen, is gebaseerd op gewoonten die van generatie op generatie worden doorgegeven. Binnen het Common Law systeem spreken rechters recht op basis van dit gewoonterecht, aangevuld met algemene rechtsbeginselen. Wetten bestaan wel, maar de invloed ervan is binnen het Common Law systeem beperkt. De belangrijkste rechtsbron is dus niet het wetboek, maar de rechtspraak (case law). Als je het Common Law systeem wilt leren kennen, kun je dus niet volstaan met kennis van de literatuur, maar zul je je ook in de cases moeten verdiepen, dat zie je vaak ook in Amerikaanse films. Het Common Law systeem wordt vooral toegepast in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten.

Het belangrijkste verschil tussen Civil Law en Common Law is dus de plaats die de wet en de rechter in het systeem innemen. In het Common Law systeem heeft de rechter veel meer vrijheid en neemt hij een belangrijkere plaats in dan in het Civil Law systeem. De rechter heeft binnen het Common Law systeem niet alleen de functie om het conflict op te lossen, maar ook de functie om het recht te vormen. De claimcultuur, zoals we deze in de Verenigde Staten kennen, heeft dan ook tot grote groei kunnen komen mede vanwege het Common Law systeem. 

Toch zijn we in Nederland bezig met een soort van inhaalslag. Zoals bijna alle fenomenen vroeg of laat overwaaien uit de VS, zo lijkt dit ook het geval te zijn met de claimcultuur. Ook hier te lande geldt vaker: claimen, claimen, claimen. Steeds meer partijen worden voor de rechter gesleept omdat de ‘andere partij’ het niet meer pikt. Daarbij worden ook vaker zogenaamde ‘derde partijen’ aangesproken, partijen die niet direct de schade hebben veroorzaakt maar die wel (mede) verantwoordelijk kunnen worden gehouden. Deze secundaire partijen worden dan aansprakelijk gesteld voor schade die feitelijk door een andere partij is veroorzaakt. Zij worden bijvoorbeeld verweten het schadeveroorzakend gedrag van de primaire partij niet voorkomen te hebben. Vaak zijn deze secundaire partijen veel draagkrachtiger (verzekerd), wat de mogelijkheid op een forsere claim en de verhaalbaarheid ervan doen vergroten. 

Ook massaclaims komen in Nederland steeds meer in zwang. Daarbij bundelen grote aantallen gedupeerden de krachten door een collectieve claim (class action) in te dienen. Vaak worden daarvoor dan speciale claimstichtingen opgericht, die specifiek bedoeld zijn om dergelijke claims voor de rechter te brengen. Ons kantoor heeft inmiddels al meerdere keren dit soort stichtingen bijgestaan en massa(schade)claims voor de rechter gebracht. Dat zijn zeer intensieve en zeer interessante zaken.

U leest het: claimen kan dus de moeite waard zijn, ook (inmiddels) in Nederland. Maar échte Amerikaanse toestanden zullen we hier voorlopig nog wel niet mee gaan maken. En gelukkig ook maar. Te hete koffie bij de Mc Donalds? Ik zou zeggen: gewoon even blazen, dan wordt hij vanzelf wel kouder! 

Evert Hoekstra

Advocaat/Partner

CKH Advocaten