JEL loopt ver vooruit in extra leerlingbegeleiding

Algemeen
Afbeelding
Esther Bakker in het trajectlokaal. (Foto: Rodi Media/NV)

PURMEREND - Kort voor de Dag van het Recht op Onderwijs en Ontwikkeling (20 november) debatteerde men in de Tweede Kamer over voorstellen voor een verbetertraject in het passend onderwijs om schooluitval te voorkomen. En ondertussen zit hét schoolvoorbeeld van succesvolle leerlingbegeleiding al jaren in ons eigen Jan van Egmond Lyceum in Purmerend. Met minder thuiszitters en plaatsingen in het speciaal onderwijs en méér diploma’s als gevolg; de school geeft de kinderen die worstelen zelf de juiste hulp. “Je hebt soms niet half door hoeveel impact het allemaal heeft. Deze kinderen gaan hier weg met dezelfde basis als de andere leerlingen, het diploma”, zegt Esther Bakker, zorgcoördinator bij PSG.

Esther is samen met docent Jan Willem van den Bos initiator van het trajectonderwijs, en vertelt met hart en ziel over wat ze hebben bereikt. Inmiddels is er ook zoveel expertise dat ze als vraagbaak dient voor andere scholen. “Wanneer je bent aangenomen en toegelaten tot het JEL willen wij je ook helpen aan een diploma”, steekt ze van wal. “Je weet dat die kinderen het ook kunnen, er zit alleen op een gegeven moment iets in de weg. Doorverwijzen naar speciaal onderwijs is sowieso geen goede optie. Dan moet een kind van 12 jaar alleen met de bus naar Amsterdam Zuidoost. Dat wilden wij niet. Zo is het eigenlijk begonnen. We zijn gaan kijken hoe we deze kinderen hier konden houden, wat kunnen we bieden? Dat hebben we doorontwikkeld door constant te kijken wat nodig is en te evalueren.”

Laagdrempelig Trajectlokaal

De ondersteuning, met mogelijkheden voor individuele maatwerktrajecten, vindt plaats in het eigen Trajectlokaal, laagdrempelig en ontspannen. Met gespecialiseerde leerlingbegeleiders, de eigen docenten, en wanneer nodig hulp van IVIO, leren op afstand. Esther: “Er zitten leerlingen uit alle klassen en alle niveaus, waarbij het mooie is dat ook zij elkaar helpen. Er is een vaste groep van 15 leerlingen voor wie het reguliere schoolwerk te lastig is en die hier onderwijs volgt via IVIO. Daarnaast zijn er zo’n 200 tot 300 leerlingen die hier in een kort traject of langer worden geholpen met het reguliere schoolwerk. Dat aantal ligt nu hoger als gevolg van de corona. Er zijn hierdoor toch meer kinderen met wie het niet goed gaat. Ze ervaren bijvoorbeeld veel stress van de situatie, de structuur is weg gevallen, er is veel onzekerheid. Er zijn veel dreigende thuiszitters. Ons uitgangspunt is altijd dat een kind op school moet zijn. Want school betekent veel meer dan les krijgen.”

Extra aandacht

De kinderen die ze extra ondersteunen brengen een breed scala aan ‘belemmeringen’ mee. Het varieert van kinderen met faalangst tot depressie, van dyslectie tot overprikkelbaarheid. Daarnaast worden leerlingen tijdelijk opgevangen na bijvoorbeeld een operatie of ziekte om met wat extra aandacht weer op te starten met het schoolwerk. “Soms gaat het om iets relatief kleins, dan werkt misschien een faalangstcursus al goed en kunnen ze daarna weer verder. We letten bijvoorbeeld ook sterk op verzuim, dat is vaak een eerste indicatie dat er iets mis gaat. Wanneer wij dat niet oppakken belanden ze op straat. Nu gaan ze hier weg met dezelfde basis als de andere leerlingen, het diploma. Dat is het doel. Daarnaast kun je ze helpen een stap te zetten qua ontwikkeling en persoonlijke groei. Ook dat is hier erg zichtbaar.”

Afsluiten met diploma

“Eigenlijk worden alle punten die Arie Slob noemde voor verbetertrajecten hier al door ons toegepast”, geeft Esther nog aan. “Ik ben wel trots, ook dat het zo goed aanslaat. Mensen die hier werken hebben er echt plezier in, de kinderen vinden het hier heel fijn. Als ze zich prettig en veilig voelen dan zie je ook dat het leren weer op gang komt. En iedereen is er oké mee, er zit zeker geen stigma. Het is geweldig om deze kinderen binnen onze school te houden, helemaal als ze dan toch met een diploma naar buiten stappen.”