Groene Jeroen: Krentenogen

Nieuws
Afbeelding
(Foto: Bo Verhoeff)

‘Toen ik een tijdje geleden ‘s ochtends de voordeur achter mij dicht deed dacht ik dat er een duif achter me opvloog, maar toen ik mij omdraaide bleek het een houtsnip te zijn. Dat is wel een beetje vreemd, zo’n bosvogel zo midden in de stad terwijl het nog helemaal niet koud is.

Diezelfde week belde mijn oudste dochter. Toen ze naar haar werk ging vond ze deze dode vogel onder haar raam. Of ik hoe en wat wist. Toen ik zei dat deze houtsnip waarschijnlijk tegen haar raam was geknald herinnerde ze zich opeens dat ze die ochtend inderdaad wakker was geschrokken van een dof bonkgeluid. Glasruit is namelijk een onbekend begrip voor niet-stadsvogels. Ze denken gewoon door te kunnen vliegen als ze door de ruit heen het uitzicht van een ander raam zien, of doordat een glasruit de omgeving weerspiegelt. Soms zitten ze na zo’n fikse cultuurbotsing versuft op de grond en soms lijken ze zelfs al dood. Zet ze dan even op een kattenvrije plek. Vaak komen ze dan binnen een uur weer bij en vliegen ze er weer als nieuw vandoor. Maar ook gaan ze er vaak nogal dood van. De ogen van deze snip waren nog bol en glimmend, zo meldde dochterlief, en zo kon ik haar vertellen dat deze ongelukkigerd inderdaad nog maar een paar uur dood was. Want daarna gaan de ogen er als krenten uitzien.

Houtsnippen zijn leuk vreemde vogels. Waar andere snipsoorten en steltlopers fijn in het moeras, op het wad of in de wei vertoeven leeft de houtsnip in het bos. Met hun lange snavel kunnen ze diep in de bosgrond naar wormen peuren. Maar als hun gevoelige snavelpunt een lekkere worm raakt dan kunnen ze die lange snavel toch niet helemaal open doen. Dat is net zoiets als je paraplu proberen open te doen in de meterkast: dat gaat niet. De truc van houtsnippen, grutto’s en soortgelijke langsnavelaars is dat ze met gesloten bek toch het uiteinde van hun bovensnavel omhoog kunnen bewegen. Zo kunnen ze handig die vette worm uit de grond trekken. Volgende week meer houtsnippers!