Wijkagent Tino Smit: ‘Wij hebben een heel ander beeld van Rijswijk’

Politie
Tino Smit, wijkagent in Havenkwartier, Te Werve, Welgelegen, Rembrandtkwartier en Bomenbuurt, maakt zijn rondes door Rijswijk het liefst op de fiets.
Tino Smit, wijkagent in Havenkwartier, Te Werve, Welgelegen, Rembrandtkwartier en Bomenbuurt, maakt zijn rondes door Rijswijk het liefst op de fiets. (Foto: DvE)

Hij was bij de inval in de growshop aan de Cort van der Lindenstraat, botste bijna tegen een overleden persoon en vindt soms een gestolen fiets: wijkagent Tino Smit (37) kijkt niet gauw meer ergens van op. Hij vindt het heerlijk om in zijn nieuwe functie ‘the good cop’ te zijn.

Door Debbie van Eijk

Na van 2011 tot 2019 te hebben gewerkt in de surveillance - als ‘straatagent’ - kent Tino Rijswijk als zijn broekzak. Daarna ging hij er drie jaar tussenuit: hij werd deel van het hennepteam van Politie Eenheid Den Haag. Maar sinds eind februari is hij weer terug, in de hogere rang van brigadier.

Zie je je oud-collega’s uit het hennepteam nog wel eens?
“Ja hoor, in maart werd ik nog opgeroepen voor die inval bij een growshop aan de Cort van der Lindenstraat. En ik rij ook nog wel eens mee met de surveillance, als ze iemand nodig hebben.”

Hoe verschilt het werk als wijkagent van je eerdere functies?
“Het werk is heel anders. Als wijkagent heb je meer tijd voor de mensen. Je bent meer een bemiddelaar. Niet alleen tussen mensen, maar ook tussen verschillende hulpverlenende instanties, zoals Parnassia, Veilig Thuis, het sociaal wijkteam, Meldpunt Bezorgd en de gemeente zelf. En nog veel meer partijen. Buurtbemiddelaars zijn ook belangrijk.”

Hoe doe je je wijkrondes?
“Ik probeer altijd te fietsen. Het is fijn om lekker de wijk in te gaan en te praten met mensen. Sommige mensen zeggen: ‘Ik zie de wijkagent nooit’, maar dat is omdat je me maar net toevallig moet tegenkomen. Of een probleem moet hebben.” Lachend: “Eigenlijk is het een goed teken als je de wijkagent niet ziet.”


Bij heftige crisissituaties, zoals een woningbrand, levert de wijkagent nazorg. - Archief / Daan van den Ende

Wat voor problemen kom je tegen als wijkagent?
“Van alles, maar vooral veel burenruzies en geluidsoverlast in woningen. Dat zie je vooral bij de oudere woningen uit de jaren ’50. Muziek, blaffende honden, en – verrassend genoeg – kinderen. We krijgen heel veel meldingen over rondrennende kinderen in huis.”

Die fiets bleek gestolen te zijn

Hoe help je bij die problemen?
“Een groot deel van mijn werk is nazorg. Als er een vechtpartij is geweest, dan bemiddel ik achteraf. Maar ik pols ook zelf. Vanochtend nog, toevallig. Kwam ik bij de Huis te Landelaan een voorbijganger tegen die me wees op een fiets die in de bosjes lag. Die fiets bleek gestolen te zijn. Als ik die man niet toevallig was tegengekomen, had hij geen melding van die fiets gemaakt.” Tino vervolgt: “Als wijkagent leer je de mensen ook kennen die stelselmatig overlast veroorzaken, dus treiteren en vernielingen plegen.”

Ben je altijd bereikbaar?
“Ik heb wisselende diensten. Soms werk ik vroeg, dan weer laat, en ik werk om het weekend. Mensen vinden dat soms lastig. Ook kan ik niet altijd snel reageren op terugbelverzoeken, omdat ik een hele berg administratief werk heb. Daarnaast moeten we regelmatig trainingen volgen. Dat kost allemaal tijd, en dan kan het wat langer duren voor ik reageer. Maar mijn doel is zoveel mogelijk bereikbaar te zijn, en echt buiten op straat.”

Waarom?
“Op straat word je sneller aangesproken. Mensen vinden het soms toch een heel gedoe om een melding te maken bij de politie. Maar als ik door de wijk loop, hoor ik dingen als ‘Er zit daar vaak een hondje op het balkon, we maken ons zorgen.’ Of: ‘Er hangt een tak over de weg die mogelijk gaat vallen.’”

Ook gesprekken met mensen die anti-politie zijn

Wat maakt je nieuwe functie leuk?
“Ik hou ervan dat ik wat meer tijd kan besteden aan problemen binnen de wijk. Werk in de surveillance was kort: ‘We zetten het door naar de wijkagent, doei.’ Nu kan ik meer tijd in het sociale steken, gesprekken aangaan. Ook met mensen die anti-politie zijn. Als wijkagent ben je een soort van ‘the good cop’, daarmee gaan zij dan wel het gesprek aan. Dan beseffen ze dat er ook gewoon een mens zit achter een uniform. Uiteindelijk krijg je ook een hand.”


Tino vindt Landgoed Te Werve de mooiste plek van Rijswijk. - geschiedenisvanzuidholland.nl

Wat is het heftigste dat je als agent hebt meegemaakt?
“Toen ik een jaar of vier in Rijswijk werkte, kreeg ik eens een melding van ‘bewoonster geeft geen gehoor’. Ik ging de woning binnen, keek in de gang naar rechts, zag een bed onder het bloed. Toen liep ik naar links, de badkamer in. Daar zat vlak om de hoek een vrouw op de wc die dood was. Ik liep bijna tegen haar op. Dat maakte wel indruk. En wat ik me uit mijn periode bij het hennepteam nog herinner, is een hennepkwekerij ergens in het Westland. We bonkten de deur van het pand eruit en gingen naar binnen. Daar bleek iemand zich te hebben verstopt tussen zijn wietplanten. Hij kwam naar buiten en we konden hem aanhouden, maar later vonden we ook een vuurwapen. Het was duidelijk dat hij daarnaar op zoek was geweest.”

Draag je je vuurwapen altijd bij je?
“Ja. Ik heb hem ook wel eens gericht op verdachten, bij uitpraatprocedures, maar nog nooit echt hoeven schieten. Gelukkig. En gelukkig is er ook nog nooit op mij geschoten.”

Gelukkig nog nooit hoeven schieten

Behalve een vuurwapen draagt Tino binnenkort ook altijd een stroomstootwapen bij zich; daarvoor gaat hij een opleiding volgen. Op eigen initiatief draagt hij ook altijd een mes: “Ik heb eens een verhanging gehad, zonder een mes bij me te hebben. Dan krijg je die persoon niet omlaag.” Verder draagt hij extra patronen, een zaklamp, een wapenstok, twee portofoons – “Eén voor op de meldkamer, één op het bureaukanaal” -, handboeien en een telefoon: “Daar doe je echt alles op. Ook de bekeuringen.”


Binnenkort behoort een stroomstootwapen ook tot Tino’s uitrusting. - Politie.nl

Je begon in 2011 in Rijswijk. Hoe is Rijswijk in de afgelopen elf jaar veranderd?
“Het is drukker geworden. En het is allemaal volgebouwd. Bij de politie merken we het personeelstekort. Daar worden nu mensen voor opgeleid; ik heb gehoord dat het korps in 2028 weer op sterkte moet zijn. Maar je merkt het wel. Vandaag en morgen ben ik ingepland voor noodhulp. Dan ligt het andere werk ook weer stil. Verder lijkt het alsof er meer eenzame en verwarde mensen zijn.”

Wij komen niet bij gezinnen die gezellig op de bank zitten


Tino voegt er relativerend aan toe: “Maar wij hebben ook grotendeels te maken met de probleemgevallen. Als agent heb je een heel ander beeld van hoe Rijswijk is. Wij komen niet omdat iemand belt van: ‘Ik zit gezellig met mijn gezin op de bank.’”

Wat vind je de mooiste plek in Rijswijk?
“Ik vind het heel mooi bij landgoed Te Werve. Daar is veel natuur. Het is lekker relaxed als je daar een stukje fietst.”