‘Je kiest er niet voor om uitgekotst te worden door de maatschappij’

Algemeen
Alleen al in Noord-Holland steeg het aantal dak- en thuislozen de laatste jaren tot recordhoogte.
Alleen al in Noord-Holland steeg het aantal dak- en thuislozen de laatste jaren tot recordhoogte. (Foto: Minko Chernev)

Een goede baan en toch dakloos raken. Het overkwam Mike van Dolderen (50). En hij is niet de enige. Alleen al in Noord-Holland steeg het aantal dak- en thuislozen de laatste jaren tot recordhoogte. En dat aantal zal alleen maar toenemen. “Voor veel mensen die nu al op het randje leven is de huidige energiecrisis het laatste zetje”, zegt Ben Hensen van GGD Hollands Noorden, de instantie die mensen helpt die hulp van anderen niet kunnen of willen accepteren.

Door: Myrke van der Does

Het aantal dak- en thuislozen steeg de laatste jaren tot recordhoogte

De GGD voert voor gemeenten de taken uit die vallen binnen de openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ). In het kort komt dit neer op hulp bieden aan personen die hier niet zelf om vragen. “Het gaat dan meestal om langdurende en ingewikkelde problematiek. Vaak zijn mensen verslaafd, soms dakloos en hebben een psychiatrische achtergrond”, vertelt Irma Haubrich. Irma is medewerker OGGZ bij GGD Hollands Noorden, ook wel bekend als Meldpunt Vangnet & Advies. “Er is dan overlast of er ontstaat een gevaarlijke situatie, maar het kan ook dat buren of familieleden zich zorgen maken. Wij proberen dan in contact te komen met de persoon in kwestie om te kijken of en hoe we kunnen helpen.” Geen gemakkelijke taak, want Vangnet & Advies is er zoals gezegd vooral voor de zogenaamde zorgmijders: mensen die hulp van anderen niet kunnen of willen accepteren. 

Vertrouwen winnen

Iemand die bij Vangnet & Advies in beeld komt heeft vaak al een heel traject achter de rug. Het zijn de mensen die de maatschappij bestempelt als lastig of gevaarlijk. Ze zien er niet altijd even verzorgd uit, zijn onder invloed van drank of drugs of komen, meer dan eens, in aanraking met justitie. Mensen die niet snel zullen worden uitgenodigd voor de buurtbarbecue. Ze leven vaak geïsoleerd en wantrouwen het systeem, waardoor ze geen hulp accepteren, laat staan vragen. Zoals Mike van Dolderen. Irma kent hem al drie jaar. Irma: “De politie had contact met ons opgenomen omdat er iemand in de duinen woonde die ze daar niet weg kregen. Ik ben toen naar hem op zoek gegaan.” Langzaam won Irma Mikes vertrouwen. “Voor het eerst was er iemand die écht naar me luisterde”, vertelt Mike.

Ook Mike leidde ooit een normaal leven. Hij was stuurman op een binnenvaartschip en woonde in een kleine arbeiderswoning in een gezellige volksbuurt. Totdat hij door omstandigheden zijn baan kwijtraakte en van de regen in de drup belandde. Hij raakte verslaafd, kreeg schulden en moest zijn huis uit. Mike: “De maatschappij kotste me uit. Ik ben echt niet altijd een lieverdje geweest, maar dat betekent niet dat je geen gevoel hebt. Op een gegeven moment had ik alleen nog mijn tent en zelfs die moest ik inleveren. Toen had ik niets meer. Geen geld, geen dak boven mijn hoofd, geen papieren. Wat moet je dan? Uiteindelijk ben ik opgenomen in een psychiatrische inrichting, maar ik heb helemaal geen psychische stoornis.” 

Irma helpt hem nu om zijn leven weer op de rit te krijgen. “Irma is mijn reddende engel”, lacht hij. “Weet je wat het is? Op den duur raak je het vertrouwen kwijt in de mensen die het beste met je voor hebben.” Irma legt uit dat het allemaal wel wat complexer is dan hij schetst. “Bij Mike is er veel aan de hand, waardoor hij tussen wal en schip valt. Ik help hem door met hem mee te gaan naar gesprekken. Of ik ga in gesprek met de instanties om hem heen, zoals de politie of zijn bewindvoerder. Alles wat ik doe, doe ik in Mikes belang, maar uiteindelijk komt het natuurlijk ook de maatschappij ten goede.” Mike heeft inmiddels gelukkig weer een dak boven zijn hoofd. Zelf geregeld. Hij huurt een kamer bij een hoteleigenaar en helpt daar met wat klusjes. Mike: “Ik ben de hoteleigenaar eeuwig dankbaar. Er zijn toch nog goede mensen.”

Longkanker

Iemand die ook geregeld over de vloer komt bij het Meldpunt Vangnet & Advies is Rudolf Woodriffe (69). “Ik ken Rudolf nog vanuit mijn tijd bij de Brijder (specialist in verslavingszorg, red.)”, vertelt medewerker OGGZ Maureen Klaver. “Hij was ziek en had bij een OGGZ-collega naar mij gevraagd om met mij het medische traject in gang te zetten.” In een openhartig gesprek vertelt Rudolf zelf dat ze bij hem longkanker ontdekten en hoe hij door zijn drugsverslaving afspraken niet nakomt, zelfs de afspraken niet die zijn leven kunnen redden. “Ze kwamen erachter toen ik in detentie zat. Daar moest ik gewoon doen wat me werd opgedragen en er ging altijd iemand mee als ik naar de dokter moest. Maar toen ik vrij kwam, moest ik het weer alleen doen. En dat lukt me niet. Mijn kinderen wil ik niet lastigvallen, die hebben hun eigen leven. Daarom ben ik zo blij met Maureen”, zegt hij vrolijk. “Ze haalt me op en gaat mee naar het ziekenhuis.” Maureen benadrukt dat het niet gebruikelijk is dat iemand van het OGGZ-team meegaat naar afspraken, maar dat het in Rudolfs situatie de beste oplossing was. “Wat wij doen is maatwerk”, legt ze uit. “Rudolf vindt het moeilijk mensen te vertrouwen, maar hij vertrouwt mij wel, omdat hij mij nog kent van vroeger. Dan is het mooi dat ik dit voor hem kan doen. We kijken altijd welke zorg iemand nodig heeft en welke instantie deze zorg kan bieden.” Inmiddels is Rudolf geopereerd en krijgt hij zorg van Brijder en dnoDoen, waar hij een woning huurt. Hij heeft nog steeds regelmatig contact met Maureen. “Ik zou niet weten wat ik zonder Maureen moet”, besluit Rudolf.

Liever helpen dan stutten

Overigens merken ze bij Vangnet & Advies dat niet alleen steeds meer burgers het lastig hebben door de stijgende energieprijzen en inflatie, maar dat ook (zorg)partners gebukt gaan onder financiële (en organisatorische) druk. “Zij kampten al met problemen op de arbeidsmarkt. Daardoor is het steeds lastiger voor ons om onze klanten snel en goed onder te brengen”, aldus Ben. “Problemen blijven vaak lang verborgen, maar uiteindelijk leidt dit tot onhoudbare situaties voor buren en wijkbewoners. Het geeft onrust, mensen gaan klagen bij bestuurders en dan worden wij weer ingezet om de kwestie te regelen. Maar eigenlijk moeten we met zijn allen veel eerder proberen te helpen, op het moment dat de boel nog te redden is. Dat is veel makkelijker dan proberen te stutten in een vrijwel uitzichtloze situatie.”