Stadstuinieren zorgt voor verse groenten voor cliënten van de Voedselbank

Algemeen
Burgemeester Cor Lamers, helemaal links, kwam in 2019 naar Vijfsluizen om Herbert Nikkels (derde van links) een lintje op te spelden. Enkele vrijwilligers van Stadstuinieren waren erbij aanwezig.
Burgemeester Cor Lamers, helemaal links, kwam in 2019 naar Vijfsluizen om Herbert Nikkels (derde van links) een lintje op te spelden. Enkele vrijwilligers van Stadstuinieren waren erbij aanwezig. (Foto: gemeente Schiedam)

Verwacht geen keurig geschoffelde tuinpaden. Er zijn te weinig vrijwilligers en ze kunnen zich beter richten op het kweken van groenten en fruit dan op nette paden tussen de groentebedden door.

Door Kor Kegel

Herbert Nikkels vindt het niet erg dat er onkruid tussen de groenten groeit, zolang het de bedden maar niet overwoekert. Sommige soorten onkruid zijn nog nuttig ook, omdat ze bijen aantrekken en plagen op de tuin voorkomen. Op het complex van Stichting Stadstuinieren Voedselbank Schiedam zijn ook aparte bloemstroken ingezaaid om bijen en andere insecten te trekken. Het levert een fleurig en weelderig schouwspel op. “Maar het is dus geen supernette moestuin,” zegt voorzitter Herbert Nikkels.

Oogst

De vrijwilligers zijn bezig met de oogst. Het is donderdag en dat is de dag dat de vrijwilligers het rijpe fruit plukken en de volgroeide groenten uit de grond halen. In verschillende manden en bakken is het resultaat te zien. Uien, prei, snijbiet, aardappelen, knoflook, bonen, maïs, pepers, bloemkolen en andere kolen, een enkele courgette, vroeg voor de tijd van het jaar. Ook het fruit is gesorteerd. Frambozen, pruimen, aardbeien, peren en appels. Er zullen nog vele donderdagen volgen dat er net zo’n rijke oogst komt.

Henk en Astrid laden de verse groenten en fruit in. Met hun busje brengen ze de oogst naar de twee vestigingen van de Voedselbank Schiedam. Deze bevinden zich aan het Dr. Willem Dreesplein en aan de Groenelaan, hoek Willemskade. Daar vindt op donderdag de distributie plaats onder de cliënten van de Voedselbank.

Tien jaar

Deze zomer bestaat het stadstuinieren voor de Voedselbank tien jaar. Herbert Nikkels en Gert Rijnberk waren de initiatiefnemers. Het kwam eigenlijk omdat voorzitter Herman de Swart van de Voedselbank Schiedam constateerde dat er weinig verse groenten zaten in de voedselpakketten voor minder bedeelde Schiedammers. Hij wist dat Herbert Nikkels groene vingers had, als voormalig toezichthouder van de plantsoenendienst van de gemeente Schiedam.

Een jaar na de start werd Stichting Stadstuinieren Voedselbank Schiedam opgericht en Herbert Nikkels werd er voorzitter van. Dat is hij nog steeds.

De stichting beheert twee tuincomplexen. Henk Ravensbergen is coördinator van de tuin bij boerderij Landvreugd in Groenoord-Zuid. Hier bevonden zich eerst schooltuinen. De andere stadstuin bevindt zich ten zuiden van volkstuincomplex Vijfsluizen en hier is Joke Gaasbeek-Luursema de coördinator. Met medewerking van Bobby Scheepe, wijkcoördinator van Schiedam-West, kon worden bewerkstelligd dat het terrein bestemd werd voor de voeselbanktuinen.

Het is een flink terrein. De ongeveer vijftien vrijwilligers hebben er hun handen aan vol. Aan de rand langs de A4 bevinden zich druiven. Die waren er al en ze leveren extra fruit op. In een hoek onder het struikgewas staat een bijenkast van de imker met wie de stichting samenwerkt. Stromend water is er niet. Om toch koffie en thee te kunnen zetten heeft de stichting een tuinhuisje op Vijfsluizen gehuurd. De sloot ertussen overbruggen ze met een stevige constructie, die ze verwijderen als het tuincomplex verlaten wordt.

Dat tuinhuisje op Vijfsluizen vraagt ook tijd en aandacht. Het is natuurlijk handig voor de vrijwilligers dat ze een plek hebben waar ze koffie en thee kunnen drinken, maar de tuin rond dat huisje moet ook onderhouden worden. “Gelukkig hebben we twee vrijwilligers die dat op zich hebben genomen,” zegt Herbert Nikkels.

De behoefte aan de Voedselbank neemt toe. Vers fruit en verse groenten zijn een welkome aanvulling. “We kunnen nooit genoeg oogsten, maar we leveren wat we kunnen,” zegt de gedreven voorzitter. Het spreekt vanzelf dat de stichting meer vrijwilligers kan gebruiken.