Graven Nieuwe Waterweg viel fors duurder uit dan was begroot

Algemeen
Henk van der Lugt, voorzitter Historisch Genootschap Hoek van Holland, luidde de scheepsbel (van de Zwarte Zee, 1963) als signaal dat de tentoonstelling Anderhalve eeuw Waterweg is geopend.
Henk van der Lugt, voorzitter Historisch Genootschap Hoek van Holland, luidde de scheepsbel (van de Zwarte Zee, 1963) als signaal dat de tentoonstelling Anderhalve eeuw Waterweg is geopend. (Foto: CW)

Het baggerwerk was destijds begroot op acht miljoen gulden maar het graven van de doorgraving bij Hoek van Holland, zoals de Nieuwe Waterweg eerst werd genoemd, kostte de schatkist uiteindelijk 36 miljoen. Dat zou nu neerkomen op een bedrag van bijna 278 miljoen euro.

Chrit Wilshaus

“Niets nieuws onder de zon wat betreft overheidsfinanciën”, constateerde Nico Ouwehand vorige week zaterdagochtend dan ook in Museum Maassluis, bij de opening van de nieuwe wisseltentoonstelling Anderhalve eeuw Waterweg (nog tot en met 6 november dit jaar te bezichtigen) in het Nationaal Sleepvaartmuseum. Naast dat hij de tentoonstelling samenstelde, schreef Nico Ouwehand ook een boek over dit zelfde onderwerp. “De Nieuwe Waterweg werd in 1872 geopend maar was aanvankelijk door verzanding geen succes. Pas in 1896 werd een diepte van 6,5 meter bereikt bij laag water. Voor de sleepdienst van L. Smit & Co, en de inmiddels opgestane concurrenten, was er veel te doen. In 1880 kwamen 3456 schepen naar Rotterdam, in 1900 waren dat er al 7364 en in 1912 tienduizend. De toename van het aantal schepen en dus de economische opbloei van de haven van Rotterdam was grotendeels te danken aan het initiatief van Pieter Caland, als ingenieur werkzaam bij Rijkswaterstaat, om de Nieuwe Waterweg te laten graven.”

Belangrijke uitvalsbasis

“In 1866 verschenen de eerste schroefsleepboten in het Rotterdamse. Maassluis werd in die tijd een belangrijke uitvalsbasis want onze haven ligt zowel dichtbij Rotterdam als bij de zee. In 1892 verschenen de eerste zeeslepers. Dit mede op initiatief van de grote rederijen. Zoals de Holland Amerika Lijn en de Hollandse Lloyd. L. Smit & co wilde graag assistentie verlenen aan vastgelopen schepen in de Waterweg maar dan moesten rederijen wel eerst even hun portemonnee trekken, hetgeen gebeurde. Later was die financiële ondersteuning niet meer nodig, liepen er minder schepen aan de grond en sleepten zeeslepers vooral baggermateriaal over de wereldzeeën”, aldus Nico Ouwehand.

Mooi

Uit handen van Nico Ouwehand ontving burgemeester Edo Haan het eerste exemplaar van het boek Anderhalve eeuw Waterweg. Na voor het boek te hebben bedankt, zei hij: “Het belang van de Nieuwe Waterweg is niet te onderschatten voor Maassluis. Ik vind dat een mooi dat je (Nico Ouwehand, red.) dingen naar boven haalt die ik niet wist. Zoals het feit dat de toestemming om de Nieuwe Waterweg te graven gekoppeld werd aan de instemming om Amsterdam via het Noordzeekanaal te ontsluiten naar de Noordzee. Jij bent altijd in staat om het goed te verwoorden. Mondeling maar ook schriftelijk. Dit is buitengewoon waardevol. En ik zeg het omdat we nu in Maassluis bezig zijn om de sleepvaart extra onder de aandacht te brengen, zeker van de jeugd. In het kader van het programma Maassluis Vaart willen we iedere zaterdag gaan varen met historische schepen. Als we het hebben over de scheepvaart, hebben we het natuurlijk over het DNA van deze stad. Nico, zeer bedankt voor dit boek en wie schrijft die blijft!”

Scheepsbel

Hoewel 9 maart 1872 als officiële datum geldt voor de in gebruik name van de Nieuwe Waterweg voeren op 10 juli het jaar daarvoor vanuit Maassluis al twee loggers door het kanaal, gesleept door de sleepboot Zierikzee. Dat vertelde Henk van der Lugt, oud-registerloods en voorzitter van het Historisch Genootschap Hoek van Holland bij de opening van de tentoonstelling. Ten teken dat de wisselexpositie officieel was geopend luidde hij vorige week zaterdagochtend ook de scheepsbel (van de Zwarte Zee uit 1963). In 1872 konden schepen nog niet afmeren in Hoek van Holland want deze plaats bestond volgens Henk van der Lugt toen nog niet. “Boten voeren toen naar Rotterdam.”

‘Machtige zeekastelen’

“Pas in 1896 was de Waterweg op de gewenste breedte en diepte en geschikt voor schepen van 140 meter lang, 18 meter breed en een diepgang van 70 decimeter.” In die tijd werden deze schepen beschouwd als ‘machtige zeekastelen.’ “Ter vergelijking: de machtige zeekastelen van nu, en dan denk ik aan die grote containerschepen, zijn 400 meter lang, 62 meter breed en steken 15-17 meter diep. Over schaalvergroting gesproken!”

Nationaal Baggermuseum

Tentoonstellingssamensteller Nico Ouwehand bedankte de vrijwilligers die meegeholpen hebben aan het totstandkoming van de wisseltentoonstelling. Een speciaal woord van dank had hij voor het Nationaal Baggermuseum dat enkele toepasselijke modellen in bruikleen wilde afstaan. De tentoonstelling Anderhalve eeuw Waterweg besteedt aandacht aan wat er op dit kanaal gebeurde in het licht van scheepvaart en berging. Het gelijknamige boek is dankzij sponsoring door Boskalis te koop voor 22,95 in het Nationaal Sleepvaartmuseum.

Burgemeester Edo Haan kreeg van auteur Nico Ouwehand het eerste exemplaar van zijn boek Anderhalve eeuw Waterweg dat bij de gelijknamige wisseltentoonstelling in het Nationaal Sleepvaartmuseum is verschenen.