Superdrogist Die Grenze stapt in voormalige V&D

Algemeen
Zo ziet John Huf het graag voor zich.
Zo ziet John Huf het graag voor zich. (Foto: Roger Pluijm)

Voorstanders van sloop van het Liesveldviaduct, en daarmee samenhangend het V&D-complex aan het Veerplein om de Vlaardingse binnenstad weer kleinschalig en knus te maken, moeten een tegenvaller incasseren. Donderdag neemt Die Grenze de begane grond van het V&D-pand in gebruik.

Door Kor Kegel

De herbestemming van het warenhuis bevalt Roger Pluijm wel. De oud-Bijenkorfmedewerker en fan van de Vlaardingse V&D ziet het alweer voor zich: een gezellig verzamelwarenhuis, hoofdzakelijk gevuld – nu eens niet met mode – met bedrijfstakken als drogisterij, huishoudelijke artikelen, witgoed en kleine huishoudelijke elektronica, lokale kleinschalige bedrijfjes, en zeer essentieel: horeca. Die Grenze is de sleutel. Deze superdrogist rukt op naar de Top 5 van voordeeldrogisten in Nederland. Milton R. King, gemeenteraadslid voor DENK, heeft geen bezwaar tegen Die Grenze als nieuwe huurder van het V&D-pand. “Economische activiteiten zijn uiteraard beter dan leegstand. Voor mij is de komst van Die Grenze een teken dat bedrijven weer vertrouwen stellen in de economie. Het probleem dat ik echter heb met grote bedrijven is dat ze zich te veel richten op continuïteit, terwijl kleine en middelgrote bedrijven zich richten op groei. Zij zijn echt de groeimotor van de Nederlandse economie.” Milton King had gehoopt dat ‘V&D’ als huisvesting zou dienen voor een verzameling van kleine en startende ondernemingen, die hun goederen en diensten aan de man brengen vanuit een modern business-centre. Mocht Die Grenze er alsnog van afzien, dan zou DENK zich daar sterk voor maken.

John Huf is gemeenteraadslid van Beter voor Vlaardingen, maar als voormalig manager bij Ahold is hij ook retaildeskundige. “Ik ben voor een sterk en aantrekkelijk winkelkerngebied. Het oude V&D-pand valt daarbinnen. Het is dus uitermate geschikt voor Die Grenze, een grote opkomende drogisterijketen. Maar deze betrekt alleen de begane grond. Ik zie nog twee verdiepingen over voor een aantrekkelijke commerciële partij. Ga met Blokker in gesprek voor de eerste verdieping en een La Place-achtige partner voor de tweede verdieping. Het horeca-aanbod sluit dan beter aan op de behoefte van de toekomstige bezoeker van het stadshart.”

Jan Anderson, bekend als directeur van het gelijknamige Streekmuseum, was eigenaar van drogisterijketen Cency. Het Liesveld was het tweede overdekte winkelcentrum van Nederland. “Ik zit niet op Die Grenze te wachten”, zegt hij. “Het maakt de spoeling dunner. Het zou beter zijn om de hoeveelheid winkelvloer in Vlaardingen-Centrum te verkleinen. We hebben een overbewinkeling. In de Van Hogendorplaan, De Loper en de Westwijk kun je winkelen en gratis parkeren.”