100 jaar

Column

Met de hond aan de lijn loop ik het parkje in. Tegen een boom staat een step, zo’n geval met luchtbanden. Een meter verder; een bankje waarop een man op leeftijd zit. Ik laat de hond los en ga ook op het bankje zitten.

Even later nadert een jongen van een jaar of twintig met een tas op zijn rug. Student, schat ik in.Op ons toelopend doet hij een greep in zijn tas en pakt er twee kranten uit. Eerst spreekt hij de man op leeftijd naast mij aan: “Aangenaam meneer, mag…” 

“Aangenaam?”, onderbreekt de man op leeftijd het studentje. “Hoezo? Ik ben helemaal niet aangenaam. Waar haal je die onzin vandaan? Jij kent mij niet eens. O, en als het je bedoeling is om mij een krant aan te smeren, kun je meteen opsodemieteren. Ik doe niet aan nieuws. Allemaal onzin en flauwekul. Of omgekeerd, kan ook.”

De student schrikt, kijkt nog even aarzelend naar mij en gaat er als een haas vandoor.

“Zie je dat bord daar aan de overkant?” vraagt de man dan, wijzend op een geel bord aan de weg die langs het parkje loopt.” 

“Jazeker,” zeg ik. “Wat is daarmee?” 

“Die tekst,” zegt hij hoofdschuddend. ‘”Met plezier en veilig doortrappen tot je 100ste? Kijk voor onze slimme fietstips op onze website: www.doortrappen.nl’.” 

“Wat is daar mis mee,” vraag ik verbaasd. “Prima tekst toch?”

“O ja?” vraagt hij met een opgetrokken wenkbrauw. Hoe oud denkt u dat ik ben, meneer?” 

“Tja,” zeg ik en kijk hem eens goed aan. “Achter in de zeventig zo ongeveer?” Nu maar hopen dat hij mij niet – beledigd – mijn hersens gaat inslaan.

“Morgen word ik honderd, meneer! Begrijpt u mijn irritatie? Volgens dat bord mag ik vandaag nog met plezier en veilig doortrappen op de fiets, maar vanaf morgen is het afgelopen. Dan ben ik honderd. Niet meer fietsen dus. Uitgerangeerd! Dan wordt het volgens doortrappen.nl weleens tijd om deze wereld te verlaten, lijkt het. Plaats maken voor nieuwe idioten zoals dat gekkie met die krantjes. Maar goed, u komt er zelf nog wel achter, meneer. Het ga u goed.”
En na die woorden staat hij op, loopt een meter en pakt dan de step die tegen de boom staat. Hij stapt erop en gaat er in volle vaart vandoor. Hij zwaait nog even zonder zich om te draaien. Het is dat ik het met eigen ogen zie. Honderd jaar!

Ik roep mijn hond en ga er ook vandoor. Aarzelend kijk ik nog even naar het bord aan de overkant. Ik kijk nu al uit naar mijn honderdste.