‘In topsport moet er balans zijn tussen privé, werk én zeker ook rust’

Algemeen
Ruben Schelbert: "Doorbouwen op de ingeslagen weg en daarin verbeterpunten aanbrengen is de opdracht."
Ruben Schelbert: "Doorbouwen op de ingeslagen weg en daarin verbeterpunten aanbrengen is de opdracht." (Foto: Paul Vis)

De heren van handbalvereniging Quintus gaan het weer in de eredivisie proberen. De gewenste terugkeer in de BENE-League bleef beperkt tot één seizoen. Met andere woorden het verschil tussen top Eredivisie en rechterrijtje BENE-League blijft onverminderd groot.

Marcel Zaat

Met de Zwitser Ruben Schelbert als opvolger van het trainersduo Geert Hinskens en Jack van Lier wil de club een treetje lager weer een prominente rol gaan spelen. ‘’Vorig seizoen kwamen wij vaak te kort, straks ligt er voor ons weer de favorietenrol’’, houdt Schelbert (33) zijn spelers nu al voor.

Heel even was er hoop op een langer verblijf in de BENE-League toen concurrent Hurry -Up een puntenstraf kreeg, maar in de allerlaatste wedstrijd van het seizoen bleek de ploeg uit Zwartemeer toch weer een maatje te groot. Uithuilen en opnieuw beginnen werd het motto. ‘Wij winnen én verliezen met zijn allen, maar wij maken wél deel uit van een hechte dorpsvereniging ’, het is een opmerking die Marcel Vis, voorzitter van de Heulse voetbaltak vaak uitspreekt. Ook bij de handbal gaan ze niet bij de pakken neer zitten na een degradatie. Schelbert, vorig seizoen betrokken als hersteltrainer, technisch adviseur en de laatste maanden coach van het opleidingsteam zag een aantal ervaren spelers stoppen, spelers vertrekken naar topclubs Aalsmeer en Volendam en krijgt er wat nieuwelingen bij. De Zwitserse ex-international staat voor een uitdagende klus. “De naam Quintus staat er in handballend Nederland goed op. In de eredivisie willen alle ploegen straks winnen van Quintus. Daar moeten mijn spelers straks mee om leren gaan, ook als het een keer tegen zit.”

‘Benieuwd naar het grotere werk’

Wie Schelbert (33) spreekt over handbal en alles wat er mee te maken heeft, hoeft niet al te veel vragen te stellen. De Zwitserse inwoner van Den Haag, wiens vrouw bij de Zwitserse ambassade werkt is al heel zijn leven met handbal bezig. Met topclub Kadetten Schaffhausen werd hij kampioen en kwam hij uit in de EHF-Cup en de Champions League. Blessureleed aan zijn knie deed hem vroegtijdig in het trainerswerk belanden. “In Zwitserland trainde ik een regionale handbalschool en jeugdteams op nationaal niveau. Dat heb ik vier jaar via een handbalschool met veel plezier gedaan, maar ik werd benieuwd naar het grotere werk. In 2020 kreeg mijn vrouw een baan aangeboden in Nederland en ben ik mij ook gaan verdiepen in het Nederlandse handbal. De manager bij Schaffhausen heeft een groot internationaal netwerk en zo belandde ik middels een mail naar het NHV vervolgens bij Jan van Kester. Ook met Hellas had ik een gesprek, maar Quintus had mijn voorkeur en ik moet zeggen, het voelde direct goed.”

Eigen taal

Schelbert, die verrassend snel de Nederlandse taal onder de knie heeft, las zich vorig seizoen in binnen Quintus en staat nu dus al als hoofdtrainer voor de groep. “Allerbelangrijkste is dat je de spelers in hun eigen taal kan benaderen. Handbal hangt vaak af van details en daar mag geen spraak verwarring in zijn.” Vele gesprekken werden door Schelbert al gevoerd. Met onder meer Niels van Lier en Colin de Vette van de Sectie Topsport over de in te vullen selectie en natuurlijk met Nejo Saponjic over de verbinding tussen de jeugdige talenten en de herenselectie. “In het begin ben je als nieuweling voorzichtig en is het even aftasten. Snel merk je dat er een wederzijds vertrouwen is en dat is toch de basis. Bij Quintus doen wij het met de middelen die tot onze beschikking zijn. Je merkt dat er een ontzettend groot enthousiasme gekoppeld wordt een bepaalde visie. Er wordt geen blik opengetrokken waar spelers uit komen, maar het is meer gericht zoeken naar versterkingen, waarin eigen jeugd een belangrijke rol heeft.”

Door zijn handballeven heen heeft Schelbert veel dingen geleerd wat hem nu prima van pas komt. “Jonge spelers moeten zich zo lang mogelijk bij hun eigen club ontwikkelen. Voor de een gaat dit sneller als voor de ander. Als je écht top bent en rijp voor een stap hogerop zal ik de laatste zijn, die je tegenhoudt, maar te vaak zien wij spelers, die een vroege overstap nog niet aan kunnen. Die raken bij een topclub tussen wal en schip en kunnen het plezier kwijt raken. Bij Quintus moeten wij ervoor zorgen dat het voor spelers moeilijker gaat worden om een keus te maken voor een andere club.”

Schelbert, die aan het Haagse Anna Paulownaplein een prima stekje heeft gevonden om te wonen, is al goed ingeburgerd. Naast het zich bemachtigen van de Nederlandse taal geeft hij als personal trainer lessen en is hij gestart met een opleiding tot fysiotherapeut. Quintus heeft wat dat betreft weer een uiterst ambitieuze trainer in huis. “Ik ben een sportmens en wil daar zoveel mogelijk tijd in benutten. De stap naar Quintus komt volgens mij op het juiste moment. Doorbouwen op de ingeslagen weg en daarin verbeterpunten aanbrengen is de opdracht.”

Betere infrastructuur

De trainingsintensiteit zal omhoog moeten en verder moeten wij kijken naar de randvoorwaarden. Bijvoorbeeld dat spelers bij een blessure snel ergens terecht kunnen, gewoon een betere infrastructuur. De club is er mee bezig en aan ons om dit door te bouwen. Dan praat ik niet eens over het direct betalen aan spelers, maar meer om mogelijkheden te creëren om spelers misschien eens een middag vrij te krijgen van hun werk. De inzet van deze gasten is geweldig en bewonderingswaardig en daar is de club trots op, maar je moet ook goed kijken naar hersteltijd. Tophandbal is topsport en daar moet de balans tussen sport, werk, privé én rust in evenwicht zijn.”

Komend seizoen zullen de degens in de eredivisie worden gekruist met onder meer regioploegen Hellas, EHC en WHC/Hercules. “Ik ken Wesley Hage als trainer van WHC/Hercules en verder is het even aftasten. Tachos is als kampioen gepromoveerd, die wonnen bijna al haar wedstrijden. Wij moeten uitgaan van onze eigen kracht en dan gaan wij zeker in de top van de eredivisie spelen.”