Scholieren bezochten concentratiekamp Ravensbrück: reis met diepe boodschap

Nieuws
Scholieren Mirthe (l) en Charissa bezochten Ravensbrück. 'Er is zoveel dat niet in de lesboeken staat.'
Scholieren Mirthe (l) en Charissa bezochten Ravensbrück. 'Er is zoveel dat niet in de lesboeken staat.' (Foto: AG Heeremans Photography)

HEERHUGOWAARD - Charissa was altijd al bovenmatig geïnteresseerd in de Tweede Wereldoorlog. Mirthe wist dat haar Joodse overgrootvader ondergedoken had gezeten, maar er werd weinig over gepraat. Samen gingen ze met een interscolair programma naar de concentratiekampen Ravensbrück en Sachsenhausen en samen willen ze hun leeftijdsgenoten vertellen hoe het was en wat we er anno 2024 van kunnen leren.

Elk jaar organiseert de Stichting Comité Vrouwenconcentratiekamp Ravensbrück een bezoek aan dit voormalige concentratiekamp, waarbij leerlingen van verschillende middelbare scholen in Dijk en Waard mee kunnen. Maar niet zomaar. Er zijn 39 plekken en de jongens en meiden die mee willen, wordt gevraagd een motivatiebrief te schrijven. Charissa de Mes (Trinitas College, locatie Han Fortmann) en Mirthe Izaaks (Huygens College), beiden 14 jaar, werden geselecteerd voor deze reis met grote invloed, een boodschap, waarin vriendschappen worden gesloten, waarmee het gruwelijke verhaal van het kamp levend wordt gehouden voor de toekomst en waardoor klasgenoten tot denken worden gezet. Samen met docent Duits Edith Potter (Han Fortmann) en oud-docent Harry Sluiter – beiden waren mee met de reis – spraken we Charissa en Mirthe. Harry is verbonden aan de stichting en stond aan de wieg van de reizen: “Ik was docent op het Clusius College en een kleindochter van Stien Spier zat op onze school. Stien kwam uit Heerhugowaard en overleefde Ravensbrück. Na de val van de muur was dat kamp weer te bezoeken en zo ontstond het idee voor de reis. Elk jaar leert een groep jongeren over de kampen en deze informatie spreidt zich als een olievlek uit onder deze jongens en meisjes.” 

Mensonterend

Ravensbrück was tijdens Tweede Wereldoorlog een concentratiekamp voor voornamelijk vrouwen. Tussen 1939 en 1945 werden 132.000 vrouwen en kinderen, 20.000 mannen en 1.000 vrouwelijke tieners als gevangene geregistreerd. De gevangenen, onder wie Roma, Sinti, politieke gevangenen, verzetsstrijders en Joden, kwamen uit veertig landen. De vrouwen werden onder mensonterende, erbarmelijke omstandigheden ingezet als dwangarbeiders. In Ravensbrück en Sachsenhausen kwamen tienduizenden tegenstanders van het Nazi-regime om door ziekte, uithongering, uitputting, marteling en executie. 

Mooie kans

Over hun motivatie zijn Charissa en Mirthe duidelijk. “Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in de geschiedenis en door school werd dat versterkt,’ vertelt Charissa. ‘Maar er is zoveel dat niet in de geschiedenisboekjes staat. Ik dacht: wat zou het een mooie kans zijn om daar heen te gaan en meer te leren.” Bij Mirthe telde de familiegeschiedenis zwaar mee: “Mijn overgrootvader was Joods en heeft ondergedoken gezeten. Hij vertelde daar weinig over, maar na zijn overlijden vonden we wat informatie. Ik wilde graag meer weten over hoe het was in die tijd.” 

Vriendschappen

Edith Potter geeft aan dat het zeker geen standaard schoolreisje is. Ondanks dat zijn er natuurlijk genoeg leuke momenten, mooie momenten en er worden vriendschappen voor het leven gesloten. Edith: “Juist omdat er zoveel heftige momenten zijn, moeten er ook luchtige momenten tegenover staan. En het is belangrijk dat er in die dagen veel gepraat wordt. Voor het bezoek aan de kampen vertonen we een film met drie vrouwen die het kamp overleefd hebben, waaronder de nog levende verzetsstrijder Selma van de Perre. Daarop volgen de bezoeken. De eerste keer dat ik mee was, vond ik het zo heftig dat ik in Sachsenhausen gewoon weg moest lopen.”


Scholieren leggen rozen bij het monument. Het bezoek aan Ravensbrück maakt zichtbaar diepe indruk op hen. - (Foto: Aangeleverd)

Zonnebloem

Charissa beaamt dit: “Als je de poort doorloopt voel je iets over je heenkomen. Er komt zoveel binnen en dat was heel heftig. Het systeem was heel doordacht. De kampen waren haast een fabriek om te moorden. Ik had er nooit bij stilgestaan dat er ook vrouwen met kinderen waren. Die kinderen werden na de geboorte weggenomen bij de moeder en bij elkaar gezet, onder leiding van een paar vrouwen. Dat soort verhalen komen binnen.” Mirthe: ”Ik besefte me eigenlijk pas later hoe heftig het was. Ik heb er na afloop thuis ook veel over gepraat. Ik wist bijvoorbeeld niet dat er veel vrouwelijke bewakers waren en dat die erger en sadistischer waren dan de mannelijke. Omdat ze zelf vrouw waren wisten ze de vrouwelijke gevangenen nog dieper te raken. Ik sta er nu bij stil hoe goed we het eigenlijk hebben en hoeveel vrijheid we hebben. Opeens ben je zo blij met je eigen bed, je eigen douche.’ Charissa: “Selma zei in de film: ‘Ik kon niet meer, maar ik zag opeens een zonnebloem groeien tussen alle ellende en ik dacht: Nog even volhouden, het komt goed.’ Ik leerde van die beelden dat ik meer kan als ik doorzet en je waardeert de kleine dingen meer. Het was ook bijzonder om te horen dat er humor onderling was. Ze hadden elkaar en ze stonden samen sterk. Er ontstonden diepe vriendschappen.” 

Rillingen

’s Avonds werd er veel nagepraat. Over de schuldvraag, goed versus kwaad en wat jij zou hebben gedaan in die tijd? Charissa: “Ik hield die dag een soort schild voor omdat het zo heftig was, maar ’s avonds stortte ik helemaal in. Toen kwam het pas echt goed binnen.” Edith: “Op een bepaald moment zat mijn hotelkamer vol leerlingen. Een paar op bed, eentje op het nachtkastje, een ander op een stoel. En huilen mag dan gewoon, he. Het was echt nodig dat iedereen zijn of haar verhaal even kwijt kon. Ook onderling was er veel steun aan elkaar.” Charissa: “Vanaf dag 1 voelde ik me fijn in die groep en ik kon altijd met een van de docenten of iemand uit de groep praten, ook ’s avonds in de kamers.” Mirthe: “Woensdag gingen we naar de twee kampen en donderdag en vrijdag hadden we het er eigenlijk alleen maar over.” Charissa: “In Sachsenhausen zijn veel meer overblijfselen en dat geeft een andere belevenis. Je krijgt daar echt rillingen van wat je ziet. De gaskamers, waar je de overblijfselen van zag. Je ruikt gewoon wat er gebeurd is: Dat is niet uit boeken te halen. Je voelt je er echt misselijk worden en dat hadden we allemaal. Hoe systematisch alles daar gebeurde is ongelooflijk. Het is gruwelijker dan ik gedacht had.” Wat ook opviel is dat een jonge groep het samen heel anders meemaakt dan bijvoorbeeld kinderen met hun ouders. Mirthe: “Je ziet dezelfde dingen en je kan het samen hebben over dat er zoveel jonge meiden in het kamp zaten. Het is ook fijn dat iedereen echt bewust aan deze reis meedeed.” 

Heftige week

In de kampen werd stilgestaan bij de slachtoffers. Er werden gedichten voorgedragen, kaarsjes neergezet en rozen neergelegd. Maar natuurlijk is het goed als er veel meer jongeren horen over deze zwarte bladzijde uit de geschiedenis. Charissa: “Wij geven presentaties aan de rest van de derde klassen, maar vrienden en docenten vroegen er ook over. Van de ene kant was het een heftige week, maar het was juist ook mooi en goed om dit te leren om het verhaal door te geven.” Mirthe: “Mensen vroegen hoe het was en dan kom je met heftige dingen en leerlingen schrokken dan soms. Ik hoeft geen presentatie te houden, maar voor geschiedenis moet ik wel een presentatie doen en ik zal deze ervaringen daarin verwerken. Ik doe mijn presentatie over meer kampen. Ravensbrück is anders omdat het voornamelijk vrouwen waren en veel politieke gevangenen.”

Anders dan in lesboeken

Hopelijk kan de stichting lang doorgaan met het aanbieden van deze reis. Mirthe vertelt waarom jongeren mee zouden moeten gaan: “Het is heel bijzonder en je leert zo anders kijken. Het is zo anders dan staat omschreven in de lesboeken. Het is veel heftiger in het echt en dat vergeet je nooit meer. Het was fijn dat we heel veel vrijheid hadden. In die tijd maakten we presentaties, we kletsten met elkaar en dan komen er allerlei verhalen naar boven, bijvoorbeeld waarom iedereen meeging. Er was nog iemand met een overgrootvader die ondergedoken had gezeten.”

Bewust maken

Selma van de Perre is een van de laatste overlevenden. Ze is 102 en de tijd is nabij dat ze haar verhaal niet meer kan vertellen. Mirthe en Charissa hebben een heel leven voor zich en dragen deze ervaring voor altijd bij zich, ook om andere mensen bewust te maken. Oorlog, dictators en het uitsluiten of discrimineren van bevolkingsgroepen is helaas nog altijd actueel. Het laatste ook in Nederland. Helaas moeten we nog steeds leren van wat er in de Tweede Wereldoorlog gebeurd is. 

Verhaal blijven vertellen

Het laatste woord is aan Harry: “De Stichting Comité Vrouwenconcentratiekamp Ravensbrück is afhankelijk van giften, vaak uit nalatenschappen van overlevenden van het kamp. Die groep is zo goed als verdwenen. Als je dit verhaal niet vertelt en blijft herhalen, wordt het vergeten. De stichting is dan ook hard op zoek naar de financiële middelen om deze belangrijke reizen te kunnen voortzetten.” 

Meer info over de stichting vind je op ravensbruck.nl. Zondag 21 april tussen 11.50 en 13.00 uur is de herdenking Vrouwen van Ravensbrück bij het Ravensbrück-monument op het Museumplein in Amsterdam. 

CHRIS DEKKER