‘Als je de veldleeuwerik hoog in de lucht hoort zingen, is dat prachtig’

Nieuws
Erwin Schellinger is boswachter weidevogelgebieden in de Hempolder.
Erwin Schellinger is boswachter weidevogelgebieden in de Hempolder. (Foto: Fer Korver)

AKERSLOOT - Erwin Schellinger is boswachter voor weidevogelgebieden tussen Castricum en het Alkmaardermeer. Het broedseizoen is 15 maart van start gegaan, ook in de Hempolder waar Erwin werkzaam is. Samen met zijn collega’s zorgt hij ervoor dat de kuikens veilig kunnen opgroeien.

Door Rosemarijn Beneker

De Hempolder bij Akersloot bestaat uit ongeveer 60 hectare aan landerijen waar verschillende soorten weidevogels jaarlijks terugkeren om hun eieren uit te broeden en hun jongen groot te brengen. ‘’De Hempolder is een mooi gebied, het ligt als een soort schiereiland in het Alkmaardermeer. Het is volledig eigendom van Landschap Noord-Holland en wij beheren de hele polder. Het zijn allemaal nog kleine perceeltjes van vroeger. Er heeft nooit schaalvergroting plaatsgevonden. Ook broeden er voor hedendaagse begrippen goede aantallen weidevogels, dat zie je niet overal in Nederland meer’’, vertelt Erwin. Na het eindigen van het broedseizoen werkt hij met zijn collega’s alweer naar optimale omstandigheden van het weidegebied toe voor het volgende broedseizoen: ‘’Het broedseizoen is de belangrijkste periode van het hele jaar en tijdens het broedseizoen controleer ik regelmatig of het waterpeil hoog genoeg staat. Als dat niet zo is, moet ik bijvoorbeeld een molentje aanzetten of een waterinlaat opendraaien’’, licht hij toe. 

Begrazing

De weilanden van de Hempolder worden verhuurd aan boeren uit de omgeving. Ze maaien de weilanden vanaf 15 juni en oogsten het gras en kunnen er bijvoorbeeld hun koeien of schapen laten grazen.

Erwin vertelt dat hij en zijn collega’s meer voorkeur geven aan grazende koeien: ‘’Schapen eten alle bloemen op waarvan je juist wilt dat ze tot bloei komen, zaad zetten en zaad uiteindelijk weer verspreiden. Koeien eten veel minder selectief. Je merkt dat als je jaren achtereenvolgend schapen laat grazen in het voorjaar, er steeds meer bloemen uit het weiland verdwijnen. Die bloemen wil je juist hebben voor de jonge weidevogels, als die uit het ei kruipen, moeten ze meteen zelf voedsel zoeken. Op alle bloemen zitten insecten die de vogels eten. Kruidenrijk grasland is heel belangrijk om de beste leefomgeving voor weidevogels te creëren.’’ Ook ziet Erwin dat de kuikens eind mei, als het gras langer wordt en het moeilijker wordt voor de kuikens om doorheen te lopen, graag naar percelen trekken waar koeien lopen of hebben gelopen, omdat daar veel variatie in het grasland is ontstaan.

Zelfstandigheid

Omdat weidevogels hun nesten op de grond maken, zijn ze kwetsbaar voor verstoringen door de mens of roofdieren zoals katten, vossen en andere zoogdieren. Ook moeten de kuikens van de kievit, tureluur en grutto gelijk zelfstandig zijn wanneer ze uit het ei kruipen. ‘’De ouders zijn beschermend, als er bijvoorbeeld dreiging is van een hongerige kraai zullen de ouders hun jongen echt beschermen, maar verder moeten ze zelf op zoek gaan naar voedsel. De scholekster en sommige andere weidevogels voeren hun jongen wel’’, legt Erwin uit.

‘Je moet ook een beetje geluk hebben met het weer’

‘’Je hebt soms goede en soms minder goede jaren’’, vertelt Erwin. ‘’Wij boswachters kunnen deels hierop sturen door bijvoorbeeld het waterpeil zo goed mogelijk te reguleren of pas laat te beginnen met maaien. Kievit pullen kunnen slecht tegen de kou, niet alleen omdat ze moeite hebben om zich warm te houden maar er zijn in koude periodes ook weinig insecten. We zien dan sterfte door kou en ondervoeding. Je moet dus ook een beetje geluk hebben met het weer.’’ 

Tekst gaat verder onder de foto.


Kievitskuiken. (Foto: Hans Brinks)

‘Als klein jochie vond ik weidevogels al heel interessant’

Erwin had van te voren nooit het idee om boswachter te worden, maar had als kind al wel een grote interesse voor weidevogels. ‘’Een oom van mij is boer in de Starnmeer, als klein jochie zocht ik daar al met mijn familie naar nesten, dat vond ik altijd heel interessant. Ik ben Bos en natuurbeheer gaan studeren aan Hogeschool Van Hall Larenstein in Velp. Toen ik de vacature voor boswachter weidevogelgebieden bij Landschap Noord-Holland zag, was ik meteen enthousiast. Ik vind juist de polders, open gebieden met veel weilanden en water het allermooiste. Gelukkig werd ik aangenomen en werk ik inmiddels alweer vijf jaar als boswachter.’’

Tellingen

‘’We hebben nu telgegevens van de afgelopen twintig jaar van de Hempolder. Ook hier gaan de aantallen achteruit, dus mijn grootste wens zou zijn dat de achteruitgang stopt en dat de aantallen weer iets toe zullen nemen. Ik vind het fantastisch om me daarvoor in te mogen zetten’’, zegt Erwin. 

Het tellen wordt in opdracht van Provincie Noord-Holland gedaan. De teller van de Hempolder komt in vijf á zes rondes langs om te tellen in de periode van maart tot en met juni. ‘’Uiteindelijk komt er een gemiddelde uit de tellingen waarmee je wat over de aantallen kunt zeggen. Soms tellen we een klein gebied zelf, door wat je zelf ziet tijdens je werk, weet je gaandeweg wel of het goed gaat’’, legt Erwin uit.

Extreme weersomstandigheden

In de loop der jaren is er steeds vaker sprake van extreme weersomstandigheden. Een extreem nat voorjaar en dan weer een extreem droge zomer kan voor problemen zorgen bij weidevogels: ‘’Je wil hier een hoog waterpeil voor de beschikbaarheid van voedsel voor de vogels en een minder snelle groei van gras, maar als het water te hoog staat, kan het gemaal het niet wegpompen. Bij extreme piekbuien heb je dus kans dat het weiland onderloopt en de nesten onderlopen, de eieren afkoelen en de ongeboren kuikens sterven’’, legt Erwin uit. 

Erwin: ‘’Van 1 tot 15 juni controleren wij intensief het gebied op alarmerende vogels. Als die er nog zijn, informeren wij de boeren en wordt het maaien uitgesteld tot de pullen weg zijn. Zo werken we samen aan het beschermen van de weidevogels.’’

Nationale vogel

De favoriete weidevogels van Erwin zijn de veldleeuwerik en de grutto: ‘’Het geluid van de veldleeuwerik vind ik supermooi, als je die vogel hoog in de lucht hoort zingen, is dat prachtig. Ook de grutto, onze nationale vogel, vind ik een van de mooiste weidevogels. Hij is wat groter en goed zichtbaar en heeft een mooi geluid. Vooral de grutto wordt met uitsterven bedreigd, kievit nog iets minder omdat die op meer plekken in heel Europa voorkomt.’’ Hij vult aan dat 85 procent van de West-Europese grutto’s broedt in Nederland. ‘’Als het hier dan al slecht gaat, kun je stellen dat het ook met de wereldwijde populatie slecht gaat.’’

Tekst gaat verder onder de foto.


Gruttokuiken. (Foto: Joke Huijser-Spekken)

Honkvast

De meeste Grutto’s zijn honkvast en komen ieder jaar weer terug naar hun geboortestreek om opnieuw te broeden volgens Erwin: ‘’ok de jongen die succesvol opgroeien keren terug naar het gebied waar ze uit het ei gekropen zijn. Zo zouden de aantallen in een bepaald gebied kunnen stijgen.’’

Blijf op de paden

Dat mensen de natuur in willen gaan begrijpt Erwin goed, maar hij benadrukt dat het belangrijk is dat bezoekers op de paden blijven: ‘’Respecteer de afsluitingen van toegangswegen als die er zijn, die zijn er niet zonder reden. Wees je bewust van het feit dat weidevogels op de grond broeden en daardoor dus kwetsbaarder zijn.’’