Toen & nu: de Westereindflat aan de Harry Koningsbergerstraat

Algemeen
Westereindflat aan de Harry Koningsbergerstraat 96 t/m 348, mei 1959.
Westereindflat aan de Harry Koningsbergerstraat 96 t/m 348, mei 1959. (Foto: Stadsarchief Amsterdam/archief Dienst Ruimtelijke Ordening)

NIEUW-WEST - Een ideale locatie wordt het op Funda genoemd. Voor tweeënhalve ton kun je al op dertig vierkante meter in Slotermeer wonen. Betaalbaar, heet dat volgens de makelaar, die vooral de omgeving roemt: ‘op loopafstand van Station Sloterdijk, op fietsafstand van het Westerpark en met winkels en restaurants van de populaire wijk Bos en Lommer om de hoek’. De Westerpost vertelt liever wat meer over de geschiedenis van deze bijzonder flat in de verzetsheldenbuurt.

Shirley Brandeis

De Amstelbierflat heet het in de volksmond. Nou ja, bij een bepaalde generatie dan. Bij de generatie die opgroeide na de aanleg van de Amsterdam-Schipholspoorlijn en die zodoende de Westereindflat verbond aan ‘Amstel Bier’, de reclame die er tot 2002 bovenop stond. Een oriëntatiepunt voor de omgeving was het. Waar woon je? Bij de Amstelbierflat linksaf. In de buurt die sinds enige tijd naam maakt als de verzetsheldenbuurt. De straten zijn er al vanaf het begin genoemd naar verzetsstrijders, maar pas sinds er portretten worden geplaatst door Geef Straten een Gezicht, een ambitieus project van Paul Fennis, krijgt de buurt een gezicht en leren meer bewoners en bezoekers de verhalen achter de namen kennen.

Hunkeren

Maar goed, die flat aan het eind van de Harry Koningsbergerstraat (zijn portret hangt overigens helemaal aan de andere kant van deze lange straat) is tien verdiepingen hoog en telt meer dan 120 woningen. Het werd in de tweede helft van de jaren vijftig gebouwd en is sinds 2010 een Rijksmonument. Een- en tweekamerwoningen voor alleenstaanden bevat het. Tegenwoordig mag je er met meer wonen en gezien de wooncrisis mag je al blij zijn om dertig vierkante meters met z’n tweeën te delen voor noem eens een bedrag. Te koop dus al voor meer dan twee ton. Architecten Jan Cornelis (de zoon van) Rietveld en Pieter Rinze Bloemstra zouden zich op het achterhoofd krabben. Hans van Mourik, die de Westerpost tien jaar geleden sprak, betaalde in 1956 voor 44 vierkante meters 15.000 gulden. “Mijn moeder schrok er wel van. Jongen, zei ze, wat een geld.” Er woonden veel vrijgezellen toen hij eind april 1958 zijn woning betrok. Al snel had de flat die andere, onder kenners bekende, bijnaam: de Hunkerbunker. Een vrijgezellenflat waar men hunkerde naar liefde.

Geldgebrek

Slotermeer was in die tijd volgens bewoners een paradijs. Naast de alleenstaanden in de flat vonden ook inwonende stelletjes er eindelijk een eigen huis. Het was er kinderrijk, werd er nog kinderrijker, er waren parken en de Sloterplas. Kortom licht, lucht en ruimte. En er was hoogbouw in de vorm dus van de Westereindflat. Mooi gelegen zijn de woningen met ramen aan de kopgevels, bijzonder voor die tijd. De inpandige balkons die halfrond uitsteken geven de gevel een speelse uitstraling.

Tekst loopt onder de foto door


Westereindflat anno nu. (Foto: Brandeisfotografie)

Laten we even met nog wat droge, maar interessante feiten gooien: architect Jan Rietveld had zich laten inspireren door het gebouw ‘Unité d’Habitation’, een achttien verdiepingen tellend wooncomplex in Marseille, ontworpen door de wereldberoemde architect Le Corbusier. Het Franse complex bevatte ook winkels, een restaurant en zelfs een zwembad op het dak. In Slotermeer was dit wel gepland maar vanwege geldgebrek niet haalbaar. Wel is het uit beton opgetrokken gebouw een verdieping ‘opgetild’ waardoor een onderdoorgang naar het water ontstaat. In de plint is een bedrijfsruimte te vinden. Naast de molen 1200 Roe verderop aan de Haarlemmerweg is het het enige Rijksmonument in Slotermeer. Einde feitenverhaal.

Achter de piano

Oom Zoef was de familiebijnaam van Jan Rietveld. Waarschijnlijk omdat hij de eerste in de familie was met een auto. Dit vertelde Rietvelds nicht Paula, bij wie Jan een tijdje inwoonde, toen zij in 2015 naar de flat kwam om daar een portret van oom Jan in de hal op te hangen. Dat portret lag al enige tijd achter de piano te verstoffen. De toen al 90-jarige nicht kon grinniken om de oneerbiedige plek. “Er zat geen haakje aan, je kon het alleen maar neerzetten. Achter de piano was een veilige ruimte.” Ook had ze nog een anekdote over de wedstrijd in de jaren vijftig tussen Jan de architect, haar man Jan die aan zijn eerste boek werkte en zij die een kind wilde. Wat zou er eerder zijn: de flat, het boek of het kind? Paula won. Zoon Jan (duidelijk een familienaam) werd in 1956 geboren. De flat werd tweede.