Ergernis over tegenstand rond hotel in ‘Beusebos’

Algemeen
Cor Hooijberg: "Ze roepen maar wat".
Cor Hooijberg: "Ze roepen maar wat". (Foto: Han Giskes)

PURMEREND - “Bos, bos, welk bos? Lariekoek, complete onzin. Waar halen deze mensen het vandaan om zoveel onkunde de wereld in te slingeren. En dan meteen met het vingertje wijzen en vervelend blijven als er plannen zijn voor een hotel”, is Hooijberg meteen duidelijk. 

Hooijberg weet waar hij over praat, heeft tientallen jaren bijna naast het gebied gewoond, weet alles over de situatie en ook over de spontaan uit de grond gekomen bomen, die nu tot bijna in de hemel reiken. “Dan lees je weer dat het een oerbos is, vervolgens hebben ze het over een provinciale weg tussen de twee boomstroken in. Maar dat was niet de provinciale weg. Die weg is als toerit naar de A7 aangelegd. Grappig is dat over de enorme bomenkap toen en de aanleg van die weg nooit iemand heeft geklaagd. En nu zoveel stampei maken over een hotel. Dan denk ik bij mezelf ga gewoon lekker leven”.

De Beemsterling wordt in zijn uitspraken bevestigd door onder andere feiten die staan beschreven in ‘De weerkonieken winters 1970-1979’. Eén daarvan beschrijft de situatie op 2 augustus 1972. “Door hevige regenval is de dijk van een baggerdepot, dat daar in verband met de aanleg van de A7 lag, bezweken. Hierdoor liep 4 hectare land van L. van Sinderen vol met een 25 centimeter dikke laag slib. Ook de sloten liepen vol met slib. Het gevolg was dat het land voor de grasproductie waardeloos was”, zo valt te lezen in de kronieken.

“En dat grote stuk land van Van Sinderen noemen ze nu een bos en sommigen zelfs een oerbos. Ze hebben wel de klok horen luiden, maar hebben geen idee waar de klepel hangt.”

In het Purmerends Nieuwsblad van donderdag 29 oktober een uitgebreid interview met Cor Hooijberg.