Oud-archivaris Harry de Raad schrijft boek over Beleg van Alkmaar

Cultuur
Harry de Raad schreef het nieuwste overzichtswerk van het beleg van Alkmaar. Op de achtergrond: Ontzetmonument Victorien.
Harry de Raad schreef het nieuwste overzichtswerk van het beleg van Alkmaar. Op de achtergrond: Ontzetmonument Victorien. (Foto: Fotostudio Wick Natzijl / Nikki)

ALKMAAR – De victorie begon in Alkmaar, en daar is Alkmaar trots op. Elk jaar wordt er dan ook op feestelijke wijze stilgestaan bij de overwinning op de Spaanse overheersing in 1573. “Alkmaarders waren ook heel heldhaftig”, stelt Harry de Raad, oud-archivaris bij het Regionaal Archief Alkmaar, “en het is terecht dat we daarbij stilstaan, maar we moeten wel weten wat er in 1573 precies is voorgevallen. De kennis daarover is vaak vrij gering.” Daarom schreef Harry het overzichtswerk: Het beleg van Alkmaar. Opstand en oorlog in de stad en omgeving, 1566-1576, waarvan het eerste exemplaar 20 oktober aan burgemeester Anja Schouten wordt uitgereikt.

Door Roxanne Borgman

Het verhaal van het beleg dat in Alkmaar wordt verteld beslaat volgens Harry slechts die 7 weken die om Alkmaar draaide: “Het begint vaak met: 21 augustus werd Alkmaar omsingeld en eindigt met: op 8 oktober dropen de laatste soldaten af en dan eindigt het verhaal, maar je mist wat er voor het beleg en daarna gebeurde, je mist context om het verhaal beter te kunnen plaatsen, want het begon bijvoorbeeld met de beeldenstorm, en die context wilde ik geven.”

Nieuwe bronnen

Niet alleen wilde Harry een meer vollediger verhaal vertellen, hij maakte ook gebruik van nieuwe bronnen. Zo vond hij het verslag van de Spaanse geschiedschrijver Mendoza die het beleg vanuit de Spaanse kant vertelt en brieven waarin Alva verslag doet over het beleg van Alkmaar aan koning Filips II. Deze werden vertaald door vertaalster Barbara Kooij, die ook de Spaanstalige correspondentie over het beleg van Haarlem vertaalde. Niet alleen brachten deze bronnen nieuwe inzichten in het belegverhaal, maar ook dankzij twee betrouwbare Nederlandse kronieken uit de zestiende eeuw - van Nanning van Foreest en een onbekende ooggetuige - kon meer context worden geboden.

Achterlopen

Kijkend naar Leiden en Haarlem, waar het beleg ook een belangrijke rol speelde, loopt Alkmaar achter in de geschiedschrijving. “De Spaanse bronnen waren eigenlijk helemaal niet nieuw. Ze waren in de negentiende eeuw ook al bekend”, vertelt Harry. “De archivaris Gachard uit België gaf toen een boek uit met correspondentie met Filips de Tweede. Evert Masdorp, die halverwege de negentiende eeuw een boek schreef over het beleg, die had de boeken van Garchard gelezen, maar dat waren samenvattingen van de brieven. Hij wist dus niet wat er precies in stond.” De volledige bronnen werden ook niet gebruikt in 1973 toen er een overzichtswerk verscheen vanwege 400 jaar Alkmaar Ontzet. “Dat werk was heel degelijk opgesteld door hoogleraren en bevatte een mooie uitgebreide studie van oud-gemeentearchivaris Fasel over de ontzetviering in de loop der eeuwen. Toch was het boek wel een haastklus, het verhaal over het beleg was vrij beknopt.” 

Genuanceerd verhaal

Harry heeft voor zijn boek alle bronnen opnieuw en volledig bekeken, en het verhaal opnieuw en vollediger verteld. Door het samenvoegen van al deze bronnen ontstaat er volgens Harry een gedetailleerd en meer genuanceerd verhaal van het Alkmaarse beleg. En voor dat genuanceerde verhaal is het ook wel tijd, vindt Harry. “In de negentiende eeuw wilde mensen niet kijken naar de minder leuke kanten, de zwarte bladzijden, als je het zo noemen wilt, want het was de tijd van het nationalisme. We wilden juist laten zien hoe heldhaftig we waren in Nederland.” Die instelling zorgde er wel voor dat het verhaal werd gestuurd vanuit de overwinnaars.

‘Ik benoem wel de minder leuke kanten’

Maar een oorlogsverhaal bestaat uit winnaars en verliezers, en alles ertussenin. Er waren geen conventies van Genève, afspraken over humanitaire oorlogsvoering. “Zowel de geuzen als ook de Spanjaarden waren wreed in de oorlog, bijvoorbeeld voor krijgsgevangenen, al je ze al zo kon noemen”, vertelt Harry. “Die werden gewoon opgeknoopt. Dan waren ze niet meer lastig en was het gelijk opgelost.” Harry vertelt met zijn boek niet alleen het verhaal van de Alkmaarders tegenover het Spaanse leger, ook de verhoudingen van Alkmaarders onderling komt aan bod. “In Alkmaar heeft het stadsbestuur lang getwijfeld: gaan we ons overgeven of verdedigen? En laten we de geuzensoldaten toe? Het schuurde ook tussen de katholieken en protestanten, want hoe ga je eendrachtig en verenigd vechten als er mensen zijn die deels op de hand van de Spanjaarden zijn? Dat speelde allemaal mee.” Ondanks de verdeeldheid vocht men gezamenlijk tegen de Spaanse troepen. “Het ging nu om leven of dood. Of je katholiek was, protestant of mennoniet, speelde even geen rol.” 

Met zijn boek doet de Harry de Alkmaarse heldhaftigheid niet tekort, zo stelt hij, “maar ik benoem wel die minder leuke kanten van de geschiedenis waar we misschien minder trots op zijn.” Toch blijft voor Harry het Alkmaars beleg nog steeds een inspirerend voorbeeld. “Het laat zien dat vrijheid niet vanzelfsprekend is en steeds opnieuw bevochten moet worden.”

Harry de Raad bij de in 2006 teruggevonden funderingsresten van de Rode Toren.