Half miljard nodig om achteruitgang oude Haagse wijken te stoppen

Algemeen
In vooroorlogse wijken stapelt de woon-en leefbaarheidsproblematiek zich op.
In vooroorlogse wijken stapelt de woon-en leefbaarheidsproblematiek zich op. (Foto: pexels/pixabay)

De kwaliteit van met name particuliere woningen in vooroorlogse wijken als Laak, Rustenburg-Oostbroek en delen van Transvaal en de Schilderswijk is ondermaats. Dit blijkt uit een onderzoek van Arcadis dat is uitgevoerd in opdracht van de gemeente Den Haag. De kosten om woningen te laten voldoen aan wat het college de Haagse basiskwaliteit noemt, worden geschat op minimaal een half miljard euro.

In genoemde wijken stapelt de woon-en leefbaarheidsproblematiek zich op. Volgens het onderzoek komt dit onder andere door slecht verhuurderschap, gebrekkige investeringen in onderhoud en verduurzaming en de aanwezigheid van  relatief veel kwetsbare huurders met weinig bescherming.

De materiële en functionele gebreken komen het meest voor bij vooroorlogse woningen, eengezinswoningen met een WOZ waarde onder de 300.000 euro en bij kleine VvE’s. In een aantal gebieden in de stad is een stapeling van problemen te zien. Hier komen slechte energielabels, bovengemiddeld veel energiearmoede, illegale verhuur, overbewoning en sociale en leefbaarheidsproblemen bij elkaar. 

Haagse basiskwaliteit op orde brengen 

Om de  woningen te laten voldoen aan ‘Haagse basiskwaliteit’ is een investering van  minimaal een half miljard euro nodig. Een woning van Haagse basiskwaliteit moet voldoen aan: goede isolatie, duurzame energie, koken op schone energie, is gezond en veilig, heeft een actieve VvE en wordt verhuurd volgens goed verhuurderschap. 

Het college komt met een doelgroep- en gebiedsgerichte aanpak om de achterstanden stadsbreed weg te werken. Dit gebeurt in samenwerking met woningeigenaren, particuliere verhuurders en woningcorporaties. De aanpak kost veel geld. Hiervoor zijn woningeigenaren en verhuurders primair aan zet. De komende tijd worden meer instrumenten uit de kast gehaald om eigenaren en verhuurders een grotere bijdrage te laten leveren. De gemeente zal met bestaand beleid en nieuwe mogelijkheden die het rijk biedt: woningbouwimpuls, middelen voor energietransitie (vanuit het Programma Versnelling Gebouwde Omgeving en de lokale wijkaanpak van het Nationaal Isolatieprogramma), middelen vanuit het Volkshuisvestingsfonds een intensievere rol spelen. Ook de aanstaande Wet goed verhuurderschap gemeenten gaat hierbij helpen.

Dramatisch

In specifieke wijken is de onderhoudsstaat van woningen volgens het onderzoek uitdagender dan gemiddeld. “Er zijn wijken in onze stad waar de woningen en woonsituaties echt dramatisch zijn. Dit onderzoek laat zien waar dat het geval is en biedt handvatten voor een gerichte aanpak. Deze aanpak werken we uit in een plan voor Haagse stadsrenovatie, waarbij onderhoud en verduurzaming hand in hand gaan, waarbij veel oog is voor wat huurders in een afhankelijke positie zelf kunnen en wat niet”, zegt wethouder Martijn Balster (volkshuisvesting, welzijn en Zuidwest) 

Balster vervolgt: “De situatie die we dikwijls aantreffen vind ik onacceptabel, we moeten deze trend naar beneden zien te doorbreken. De gemeente wil inwoners hierin met raad en daad bijstaan als dat nodig is, ook financieel. Zodat iedereen in Den Haag in de toekomst prettig kan woningen in een veilige en gezonde woning.”

Nationaal programma

Voor buurten waar bewoners te lijden hebben onder een neerwaartse spiraal als het gaat om woonkwaliteit en leefbaarheid, schiet ook het rijk te hulp. Hier komt een aanvullende aanpak die verder reikt dan de kwaliteit van de woning alleen. In de wijken Rustenburg-Oostbroek, Laak en delen van Transvaal en Schilderswijk is volgens Rijk en gemeente sprake van een combinatie van factoren die maakt dat (particuliere) woningverbetering - ook met financiële instrumenten en intensieve begeleiding - niet vanzelfsprekend is. “Samen pakken we de komende tijd de handschoen op en proberen we naast gerichte inzet van financiële potjes van het rijk, ook instrumenten in te zetten die de teloorgang van deze oude wijken - voor wat betreft de leefbaarheid en woonomstandigheden - moet stoppen. Denk aan de inzet van de verhuurvergunning en het intensiveren van de handhaving met alle noodzakelijke partijen zoals Arbeidsinspectie of Pandbrigade”, aldus wethouder Balster.