Expeditie 2024: Cees Meeldijk, visserijbeschermer en wrakzoeker

Nieuws
Cees Meeldijk zet zich maximaal in om de visserij te beschermen.
Cees Meeldijk zet zich maximaal in om de visserij te beschermen. (Foto: Rosalie Buding)

Door: Sandra Ooms

HIPPOLYTUSHOEF - Vissersman, raadslid, expeditielid bij het opsporen van scheepswrakken én helper bij het verduurzamen van schepen. Cees Meeldijk (32) is van alle markten thuis. Vorig jaar kwam hij landelijk in het nieuws met de ontdekking van het wrak van de kotter HD 108. Een doorbraak die de locatie onthulde van een gezonken kotter die sinds 1945 vermist werd. Cees, voorzitter van de Stichting Onderzoek Maritieme Vermisten (OMV), geeft nabestaanden troost door schepen te lokaliseren. Naast deze emotionele zoektochten komt Cees fel op voor de visserij die onder druk ligt en onthult hij zijn plannen voor 2024. 

Vorig jaar november werd Cees Meeldijk uit Hippolytushoef landelijk bekend met een grote doorbraak: het vinden van het wrak van de kotter HD 108. Cees en zijn team hadden het wrak gevonden nabij Schiermonnikoog. Het schip zonk na een mijnexplosie in juli 1945 tijdens het vissen in de Noordzee, waarbij twee bemanningsleden nooit werden gevonden. De stichting Onderzoek Maritieme Vermisten (OMV), opgericht in augustus 2023 zoekt naar vermiste schepen in opdracht van families. Hoewel het vinden van stoffelijke resten niet het hoofddoel is, brengt de ontdekking van het wrak veel emotionele impact met zich mee voor nabestaanden. Voorzitter Cees Meeldijk benadrukt: “Het identificeren van de locatie van een schip is al een geruststelling voor de familie, ondanks de uitdaging van het zoeken naar een specifiek wrak te midden van vele anderen in de zee. Het was heel bijzonder en emotioneel. Vooral om naar de familieleden te gaan en hun wat gevonden spulletjes te geven. Een man van dik in de tachtig ontving met grote dankbaarheid een opgedoken zilveren lepel en patrijspoort van de vergane kotter. “Hij was zichtbaar emotioneel om iets in handen te hebben van zijn overleden vader.”

Plannen voor 204

Sinds de vondst van de kotter kregen ze ontzettend veel media-aandacht, van de Telegraaf tot het NOS Journaal. Cees lacht: “Ja dat was wel even pittig. Maar het geeft ons ook kracht om dit door te zetten. We willen in 2024 twee expedities gaan doen. Als het meezit misschien een derde, als dat er financieel mogelijk is. We richten ons op tien kotters die zijn gezonken in de periode na de Tweede Wereldoorlog tot aan de jaren zeventig, omdat hiervan nog nabestaanden in leven zijn. Dit leeft nog ontzettend in de visserijgemeenschappen. Ik kan helaas nog niet zeggen welke kotters, dit in verband met de gevoelige informatie richting de nabestaanden, die hier onderdeel van gaan worden. We kunnen pas in april gaan duiken. Tot die tijd is het water te koud en het weer te slecht. We lichten pas een maand van tevoren de familie in, zodat ze niet te lang in spanning zitten. Maar ik wil wel benadrukken: hoeveel onderzoek we ook doen en hoeveel aanleiding er ook voor is, we weten het pas zeker als we op de locatie zijn geweest en alles klopt.” Cees legt uit dat het niet makkelijk is: “Het kost ontzettend veel tijd en geld om alles te onderzoeken. We hebben nu met onze stichting wel een Anbi-status maar we moeten nog heel veel sponsoring regelen. Die komen grotendeels van bedrijven uit de Maritieme sector en bijvoorbeeld via de Hollands Kroonse Uitdaging. Zonder hun kunnen we niks, dus daar zijn we heel dankbaar voor.” 

Documentaire

Dit jaar wordt er een documentaire gemaakt van deze expedities, spannend. “Absoluut,” beaamt Cees, “want stel je voor, straks vinden we niks. Dat kan altijd natuurlijk. Een succesverhaal is niet gegarandeerd, dat leert het verleden. In 2022 is een expeditie helaas ook op niets uitgelopen. Dat was een flinke domper. Er zit veel werk in en we doen dit allemaal vrijwillig. Maar ook dat hoort erbij. Na een verzoek doen wij onderzoek online en in het Nationaal Archief om te kijken of we nieuwe dingen kunnen vinden en hiermee het zoekgebied te verkleinen. Een kotter had destijds nog zijn positie doorgegeven drie uur voor het zinken. Dat is goud waard. Dan kun je een cirkel trekken, waarin je expliciet kunt gaan zoeken, volgens feiten en berekeningen.”

i-Familia

Wat kunnen mensen nog meer om familieleden die nooit meer zijn gevonden tóch te kunnen vinden? Cees vertelt: “De politie in Nederland, Duitsland en Denemarken heeft alle onbekende overledenen vanaf 1920 tot nu middels project i-familia. Dus vraag je je af wat er met een familielid gebeurd is jaren geleden, dan kun je vrijwillig je DNA laten testen op een match via i-familia. Bijzonder baanbrekend. Ik ben benieuwd wat hier allemaal uit kan ontstaan.” De website is: www.dnadatabank.forensischinstituut.nl/dna-databanken/dna-databank-vermiste-personen.

Ik ben het zat en pik dit niet meer

Naast al deze spannende expedities, zijn werk als raadslid voor Onafhankelijk Hollands Kroon (OHK), en zijn baan bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), waarmee hij helpt met het verduurzamen van Visserijschepen blijft Cees een vissersman in hart en nieren. Hij zet zich maximaal in om de visserij te beschermen die onder grote druk staat. Op Wieringen en in Den Oever is een groot gedeelte van de gemeenschap bezig met de visserij. “Ik ben daar ook in opgegroeid. Het is een gedeelte van mijn identiteit geworden. De hele gemeenschap van Wieringen staat al een aantal jaar onder grote druk door de veranderende regelgeving, het ontstaan van gesloten natuurparken en windmolenparken op de Noordzee. Dan komt de stikstofregeling er ook nog bij. Ik erger me aan allerlei organisaties zoals de Waddenvereniging en de Vogelbescherming. Ze kramen allemaal onzin uit. Ik ben dit zo zat en ik pik dat niet meer. Daarom klim ik regelmatig in de pen om mijn frustratie te uiten, maar ik krijg nooit antwoord terug. Neem bijvoorbeeld de aalscholver, deze vogel is nu benoemd tot bedreigend diersoort. Dat klopt totaal niet, de Europese Unie riep zelfs op tot het rapen van de eieren, maar als ik dit aankaart komt er niks terug. Deze verenigingen leven in een papieren werkelijkheid. Ze gaan nooit eens met ons, de inwoners, in gesprek. Wij willen heel graag samen naar een oplossing werken, maar ik weet nu dat dit nooit gaat gebeuren. Ik weet ook waar dit vandaan komt: natuurorganisaties hebben botsende belangen, het botst vooral op ideologisch inzicht. Wij wonen op Wieringen aan de Waddenzee. Wij leven van de natuur en zijn onderdeel van het gebied, in volledige harmonie. Natuurorganisaties zien hun ideologie los van de mens. Als een soort wildernis waar de mens niet welkom is en de mens schadelijk is. Dit zet de inwoners steeds meer onder druk, niet alleen op Wieringen, maar in het hele waddengebied. Het hele eiland Schiermonnikoog is van Natuurmonumenten. De bewoners willen ook wat te zeggen hebben. Ik maak me daar enorme zorgen over.”

Jessica den Outer

Zijn irritatie over Jessica den Outer (Trainingscoördinator van Milieudefensie) steekt Cees ook niet onder stoelen of banken: “Zij maakt het helemaal bont. Zij zit in een beweging die de natuur rechten wil gaan geven. Bijvoorbeeld de natuur in de Waddenzee. Een onzinnig idee. Je krijgt hier gegarandeerd eindeloze rechtszaken door, want er wonen mensen in dat gebied die niks meer mogen. Want alles is ‘schadelijk’ volgens deze beweging. Stel dat de Waddenzee een rechtspersoon wordt, wie gaat de Waddenzee dan vertegenwoordigen en is dit wel democratisch? Ik vind het heel gevaarlijk en het gaat tegen het principe in dat de inwoners in harmonie moeten leven met de natuur. Ik zet mij daar keihard voor in.  Aan Tjeerd de Groot (Tweede Kamerlid namens D66 en actief in Natuurbeheer en Visserij, red) erger ik me ook. Hij doet net alsof natuurgebieden ernstig vervuild en bedreigd worden. Ze zetten ons weg als mensen die niks om ons eigen woongebied geven. Terwijl wij daar juist erg goed voor zorgen en erg zuinig op zijn. Iemand van buitenaf kan ons niet vertellen wat we moeten doen. Ze hebben er geen verstand van en maken er een rotzootje van. Wij, de bewoners, kennen het gebied het beste.”


Foto: Rosalie Buding