Op de pijp met... Annette Vijverberg-Zwinkels

Algemeen
Afbeelding
(Foto: )

Even pauze. Even op de pijp. Bakkie doen, praatje maken. Met en over bijzondere Westlanders. Westlanders met een verhaal. Over Westlandse waarden, en over heden, verleden en toekomst. Deze keer praten we met: Annette Vijverberg-Zwinkels

Tekst: Esdor van Elten / Foto: Ton van Zeijl

Psychotherapeute Annette Vijverberg-Zwinkels helpt mensen, maar kreeg ook in haar eigen leven te maken met uitdagingen die haar dwongen over zichzelf na te denken. Ze schreef boeken over onder andere boosheid, relaties, gedachtepatronen en zelfwaardering. Een boek over daten ligt nog in de la. “Ik ben een laatbloeier, maar ik bloei wel.” Annette is weduwe van Cees Vijverberg, met wie zij 42 jaar getrouwd was. Samen hebben zij twee kinderen en drie kleinkinderen. Ze woont in Wateringseveld.

Vijverberg-Zwinkels. Veel Westlandser krijg je het niet... 

Dat klopt wel ja. Ik ben en voel me dan ook echt wel een Westlander. Geboren als middelste in een gezin van vijf aan de Noordweg in Wateringen waar mijn vader een tuin had. Hij is daar vrij jong mee gestopt en een deel van de tuin werd onderdeel van het sportterrein van VELO. Vanaf mijn tiende jaar hielp ik voor en na school mee op de tuin. Daar kreeg ik door mijn vader ook voor betaald; “Als je bij anderen zou werken zou je ook geld krijgen”, zei hij. Kissies papieren, later ballen racen (tomaten plukken). Als ze aan me vroegen “plukkie al?”dan antwoordde ik steevast: “halve mandjes.”

Welke kant wilde je zelf op? 

In eerste instantie de verpleging. Maar ik heb een lange weg afgelegd. Na de Mariaschool ging ik naar de huishoudschool. Terwijl ik een 10 voor mijn cito had. Maar niemand, mijn ouders niet en de nonnen op school niet, bedachten dat ik wat anders kon. Maar ik had al snel door dat de huishoudschool geen basis was om verder te komen. Omdat voor verpleegkunde de eisen net verhoogd waren, je had er mavo voor nodig, kon ik die opleiding niet gaan doen. Dus werd het de opleiding ziekenverzorgende en vandaar wilde ik dan doorstromen naar de A-verpleegkunde. Toen ik in Delft solliciteerde zeiden ze: ik denk dat psychologie of maatschappelijk werk veel meer bij je past. Daar was ik verbaasd over, maar luisterde wel. Ik deed de Katholieke Sociale Academie (Kasa) in Den Haag. Daar leerde ik dat je van negatieve dingen vaak het meest leert. Als je op die opleiding maar veel in je achteruit stond kwam je er wel. Demonstreren was vaak belangrijker dan de les. Maar goed, overal leer je wat. En ik kwam daar op het idee om een tweedehands winkel te openen in Naaldwijk: Sieso. Die heb ik 17 jaar gehad.

Dat liep dan goed blijkbaar.... 

Ik werd er niet rijk van hoor. Jarenlang was het maar nét te doen. Het was ook een beetje een gek winkeltje. Verkopen was niet het belangrijkste. Mensen kwamen voor de koffie en een praatje. Ik hoorde er zoveel verhalen dat ik daardoor meer wilde weten over menselijke gedragingen. Via de Open Universiteit ging ik psychologie studeren. Daar merkte ik echter dat ik geen wetenschapper ben. Daar ben ik te praktisch voor. Ik wil iets doen. Uiteindelijk ben ik overgestapt naar de Seth.

Wat is dat? 

De academie voor eclectische psychotherapie. Met veel praktijk: je leert vanuit de verschillende psychologische stromingen om visies, intervisies en behandelmethoden toe te passen. Je kunt dus zelf kiezen vanuit welke stroming je wilt werken. Vervolgens heb ik nog een aantal cursussen en opleidingen gedaan, ervaring opgedaan, tot ik tenslotte zo’n beetje mijn eigen methode had ontwikkeld. Aan de winkel was, noodgedwongen, een eind gekomen en daarom begon ik mijn eigen praktijk. (www.annettev.nl) Heel anders dan wat ik daarvoor deed, maar goeie dingen moet je nooit overdoen.

En was het zo leuk als je dacht? 

Het is geweldig. Ik werk graag met mensen; persoonlijke begeleiding en relatietherapie. Met verschillende methoden waaronder EMDR. Wat is dat een effectieve methode. Er is ook veel ontwikkeling in mijn vak en dat vind ik leuk. Ik leer dus nog steeds bij. Ik ben een laatbloeier, maar ik bloei wel.

Zitten Westlanders op jouw hulp te wachten? 

Juist! Omdat ik een Westlander ben ontstaat vaak een ons-kent-ons situatie. Ik spreek de taal. Ik ben zelf ook direct en dat kan heel verfrissend zijn. En ook tuinders en kassenbouwers hebben gevoel. Het is alleen vaak op jonge leeftijd geamputeerd,, want dat is de Westlandse mentaliteit: niet zeuren, doorgaan. Maar het komt een keer weer boven. Je kunt jezelf niet blijven ontkennen. En ik ben blij en dankbaar dat ik daar aan kan bijdragen.

Je hebt ook boeken geschreven... 

Meerdere. Ik had zelf niet door dat het verlangen er was tot Cees en ik een keer onder een glaasje wijn bespraken wat we nog graag zouden willen doen. “Waarom niet?”, was zijn reactie. En zo ben ik voorzichtig begonnen. Inmiddels heb ik zes boeken geschreven. De eerste ging over zelfwaardering; dat je letterlijk bent wie je denkt dat je bent. Je gedachten bepalen dat. Als je gezonde gedachten over jezelf hebt ben je in staat je plek in te nemen in de wereld. Te zijn wie je bent.

En de andere boeken? 

Schrijven is leuk, ontdekte ik achteraf. Ik heb vervolgens nog boeken geschreven over vriendschap, gender, relaties, gedachtepatronen en boosheid. Een laatste boek, over daten, heb ik nog niet durven uitgeven.

Boosheid, dat klinkt niet positief... 

Boosheid is juist zo’n mooie emotie! Het is zelfs één van onze basisemoties. Maar veel mensen gaan er verkeerd mee om. Maar als je goed omgaat met boosheid, heb je nooit meer ruzie. Ruzie is eigenlijk een overdosis boosheid. Terwijl je boosheid ook voor goede dingen in kunt zetten: boosheid geeft energie. Met boosheid kun je laten zien wie je bent. Het leert je je grenzen stellen en bewaken. En je kunt er doelen mee bereiken. En je leert er de ander door kennen.

Waarom ligt het boek over daten nog in een la? 

Goede vraag. Misschien omdat het dichtbij komt. Vier jaar geleden overleed Cees. Naast het rouwproces breekt dat heel veel andere dingen open; je gaat zien wat je gewoontes zijn en je afvragen: waarom doe ik dingen zo? Een proces waarin je jezelf tegenkomt.

Waarin kwam je jezelf tegen? 

In veel dingen, maar onder andere in de ontdekking dat ik toch graag weer een relatie wilde. Niet dat ik geen contacten, vrienden en bezigheden had, maar je bent toch altijd een oneven nummer. Mensen doen zoveel met z’n tweeën en ik dacht, ‘wat sta ik nou te bewijzen. Dat wil ik ook weer.’. Maar dan komen er allerlei dingen boven; hoe dan? je bent in de zestig...

En de datingwereld is nogal veranderd in die veertig jaar... 

Ja, precies. Na een diner met vrienden trok ik de stoute schoenen aan en installeerde Tinder. Dat was een fluitje van een cent. Gebruiken was iets anders. Na een half uurtje ‘swipen’ stond mijn telefoon ineens roodgloeiend met berichtjes; in plaats van dat ik koppies aan het kijken was had ik gewoon iedereen naar rechts geswipet en ze daarmee dus, onwetend, ‘geschikt bevonden’. Dan voel je je suf hoor. Op een terrasje heb ik toen een paar andere meiden aangesproken: kunnen jullie me wegwijs maken? Dat zijn praktische dingen die je moet leren.

En wat leerde je nog meer? 

Je moet in jezelf investeren om zo gelukkig mogelijk te zijn voordat je weer een relatie zoekt. En je hebt moed nodig om weer te gaan daten. Zelfvertrouwen. Angst weerhoudt je. Maar mensen hebben uiteindelijk vaak spijt van de dingen die ze niet gedaan hebben, niet van wat ze wel deden. Dus als je de stap waagt ga je soms op je bek. Je moet jezelf niet in de uitverkoop gooien, maar ook niet afhankelijk zijn van het oordeel van anderen.

En is het gelukt? 

Ik heb uiteindelijk een LAT-relatie gevonden, maar niet via Tinder. Gewoon, ouderwets, op een terrasje bij Scrumpy.

Maar de les blijft... 

Mijn hele leven is een les. Ik ben blij met waar ik nu ben en wat ik nu doe. Dat heeft tijd gekost. Ik moest levenservaring opdoen, en zelfkennis. Mijn eigen blokkades onderhanden nemen. Maar daardoor ben ik nu in staat anderen te helpen. Dat is een beroep en een missie waar ik helemaal mezelf in kan zijn. Het is meer dan een vak. Ik vind het zo mooi dat ik het idee heb dat ik nooit meer hoef te werken!

Op de pijp met is naar een idee van Peter en Ton van Zeijl.

Afbeelding
Afbeelding