Op de pijp met... Hans Peter Breedveldt Boer en Reinout van Bentveld

Algemeen
Hans Peter Breedveldt Boer (linksachter) en Reinout van Bentveld dragen de praktijk over aan Marianne Rosenveldt en Maarten Kamermans.
Hans Peter Breedveldt Boer (linksachter) en Reinout van Bentveld dragen de praktijk over aan Marianne Rosenveldt en Maarten Kamermans. (Foto: )

Even pauze. Even op de pijp. Bakkie doen, praatje maken. Met en over bijzondere Westlanders. Westlanders met een verhaal. Over Westlandse waarden, en over heden, verleden en toekomst. Deze keer praten we met: Hans Peter Breedveldt Boer en Reinout van Bentveld.

Tekst: Esdor van Elten / Foto: Ton van Zeijl

Na een slordige veertig jaar nemen huisartsen Hans Peter Breedveldt Boer en Reinout van Bentveld op zaterdag 26 maart afscheid van hun patiënten en andere belangstellenden in de Andreaskerk in Kwintsheul.”We hebben met elkaar veel meegemaakt.” Hans Peter is getrouwd met Corine, heeft drie zoons en één kleinkind. Reinout is getrouwd met Marianne en heeft drie dochters, zeven kleinkinderen en een achtste op komst.

Met wie zit ik hier? 

Hans Peter: Ik ben Hans Peter Breedveldt Boer. Opgegroeid in Kwintsheul als zoon van een huisarts. Ik ben de jongste in het gezin van vier. Mijn ouders komen allebei uit Nederlands-Indië en kwamen na de oorlog naar Nederland. In eerste instantie, zoals velen, naar Den Haag, de ‘weduwe van Indië’. Hier in Kwintsheul zat toen dokter Alsemgeest. Die deed zijn praktijk van de hand omdat hij chirurg werd. Zo zijn we hier gekomen.

Reinout: Ik ben Reinout van Bentveld, geboren Rotterdammer, maar opgegroeid in Leidschendam, samen met mijn zus. Mijn eerste kennismaking met Kwintsheul was toen ik als jongere op de veiling in Leidschendam werkte. Dan moesten we soms kisten bij de Heulse veiling halen. En dat vond ik heel ver weg.

En de roeping tot arts zat er al vroeg in? 

Reinout: In mijn familie zaten geen medici. Mijn vader zat eerst op de grote vaart en was daarna werkzaam in het onderwijs. Mijn moeder was docente lichamelijke opvoeding. Mijn interesse in geneeskunde kwam vooral vanuit de interesse voor de mens. Na de HBS heb ik geneeskunde gestudeerd in Rotterdam. Vervolgens ging ik eerst in dienst en daarna ben ik de huisartsenopleiding gaan doen. Ondertussen werkte ik al als controlearts en zo kwam ik ook in het Westland. Toen ik hoorde dat de vader van Hans Peter versterking zocht voor zijn praktijk, ben ik bij hem in dienst gekomen.

Hans Peter: Ik heb eerst altijd gedacht dat ik geen arts wilde worden. Ik zag bij mijn vader hoe dat je privéleven beïnvloedt: alles draait om de praktijk. Maar ik wist ook niet zo goed wat ik wel wilde. Toen ik na de Andreasschool en het gymnasium in Delft een studiekeus moest maken haalde mijn vader me over om toch geneeskunde te kiezen: “want daar kun je veel kanten mee op.” Ik studeerde in Utrecht. Tijdens het lopen van mijn coschappen ontdekte ik dat het ziekenhuis mijn wereld niet is, en dat het huisartsenvak me veel meer aansprak. Je staat dichter bij de mensen.

En zo ontmoetten jullie elkaar... 

Hans Peter: Je kunt het je nu nauwelijks voorstellen, maar in die tijd, begin jaren ‘80, was er een overschot aan huisartsen. Dus ik was blij dat ik bij mijn vader terecht kon. Hij was toen al geassocieerd met Reinout. Toen mijn vader een jaar later wat begon te kwakkelen met zijn gezondheid, werd de vraag hoe we verder zouden gaan urgenter.

Reinout: Want het was voor mij wel belangrijk dat Hans Peter erbij kwam. Ik wilde het niet alleen gaan doen. We moesten kijken of we het met elkaar konden vinden en daar hebben we veel tijd ingestoken.

Blijkbaar wel, want je hebt het veertig jaar volgehouden... 

Hans Peter: De liefde voor ons vak en de patientenzorg bindt ons. Het was vooral elkaars denkwijze en werkwijze leren kennen.

Reinout: We zijn verschillend, maar vullen elkaar aan. Ik ben vooral de pragmaticus. Hans Peter is de denker, de beschouwer. We hebben allebei dingen opgepakt die we leuk vonden of waar we goed in waren. Zo hield ik de boekhouding bij, omdat ik dat als extra vak op de HBS had geleerd. Hans Peter heeft zich vooral gestort op projecten zoals de twee verhuizingen die we hebben meegemaakt. En verder hebben we ook overeenkomsten. Zo gaven we allebei les op de huisartsenopleiding.

En hoe ontvingen de Heulenaren jullie? 

Hans Peter: Ik was natuurlijk bekend. Dat heeft voor- en nadelen. Je wordt toch geregeld vergeleken met je vader. Reinout heeft zich misschien, ook omdat hij geen Westlander is, meer moeten bewijzen.

Reinout: Dat gevoel heb ik niet echt. Ik heb me altijd welkom gevoeld hier. Misschien ook door mijn achtergrond in Leidschendam. Westlanders en ik spraken wel dezelfde taal.

Het ging er toen vast anders aan toe... 

Reinout: Het was een hele andere tijd. We deden nog avond- en weekenddiensten van huis. We waren de eerste in het Westland die dat deden.

Reinout: waarbij we dan een koffertje medicijnen van de apotheek hadden staan, wat eigenlijk niet mocht.

Hans Peter: Van een mobiele telefoon had toen nog niemand gehoord. Je had een pieper en je patiëntendossier hield je bij op een groene kaart.

Reinout: De automatisering is één van de grote veranderingen in het vak. We kregen de fax, inmiddels alweer achterhaald. En in de tachtiger jaren werkten we met de eerste computers: de MSX, om je patiëntregistratie te doen.

Hans Peter: We registreren nu ook meer. En op een andere manier. Omdat het patiëntendossier ook voor de patiënt zelf te begrijpen moet zijn schrijven we uitgebreider. Op zo’n groene kaart hield je vooral steekwoorden bij. In doktershandschrift.

Reinout: Dat is wel een verbetering vind ik. Dossiers worden nu echt beter bijgehouden.

Zijn de patiënten ook veranderd? 

Hans Peter: Patiënten weten meer. Dat heeft voor- en nadelen. Tijdens een consult vraag ik nu haast standaard of mensen al gegoogeld hebben. Want wat je op Google vindt kan soms niet overeenkomen met onze behandeling, Zo schrijven we tegen gordelroos bijvoorbeeld niet vaak medicijnen voor. Maar als je het googelt kom je vrijwel direct op medicijnwebsites van fabrikanten. Dat kan dan verkeerde verwachtingen wekken. Dat moet je kunnen uitleggen.

Reinout: Patiënten zijn zeker mondiger geworden. Dus je moet de verwachtingen managen. Dat kan ook heel goed. Mensen willen vaak niet zozeer pillen, ze willen weten wat er met ze aan de hand is.

Maar je bent misschien niet zo’n autoriteit meer...

Hans Peter: Vroeger keken mensen anders naar je, inderdaad. Was je toch meer ‘de dokter’. Maar die positie moest je ook verdienen. Ik herinner me nog een patiënt die niet op het spreekuur wilde komen zolang ik niet getrouwd was.

Reinout: Wij zijn als arts opgeleid met een zekere distantie, en dat is in bepaalde mate ook nodig. Maar als we aan de Oranjeloop meededen was het wel altijd: “Daar komt de dokter.”

Na veertig jaar stoppen, dat is niet niks.. 

Hans Peter: Dat is inderdaad best lastig, want we vinden het vak allebei nog erg leuk. Het is dus echt een proces geweest om ernaar toe te werken.

Reinout: Ik ben pensioengerechtigd, maar het werk zeker nog niet zat. Ik stop dan ook met gemengde gevoelens.

Hans Peter: Ik denk voor mezelf dat je beter kunt stoppen op het hoogtepunt. Dat ze het nog jammer vinden dat je gaat in plaats van ‘hé hé, eindelijk’. En het is er nu een goed moment voor.

Want?

Hans Peter: We hebben goede opvolgers: Marianne Rosenveldt loopt al heel lang met ons mee en is bekend in Kwintsheul. Maarten Kamermans is er nu bij gekomen en ze vormen samen een goed team. Ze worden al Jip en Janneke genoemd. Met de uitbreiding van de praktijk met het pand naast ons begint weer een nieuwe fase en het is goed als zij dat samen oppakken.

Reinout: Net zoals wij in onze begintijd hebben ook zij de behoefte om dingen anders, op hun eigen manier te doen.

Gelukkig kun je afscheid nemen... 

Hans Peter: Dat was vanwege de coronamaatregelen nog de vraag inderdaad. Vandaar dat de pastoor en het kerkbestuur ons uitgenodigd hebben in de kerk. Daar was in ieder geval de ruimte.

Reinout: Een mooi voorbeeld van saamhorigheid die ik hier in het Westland zo goed heb leren kennen en waarderen.

Hans Peter: We hebben de coronatijd sowieso als een heftige tijd ervaren. Het laat maar weer zien dat solidariteit in de gezondheidszorg een groot goed is.

Reinout: We zijn blij dat er nu geen coronamaatregelen meer gelden, zodat we op een goede manier afscheid kunnen nemen. Je wilt toch niet weg als een dief in de nacht. Het is belangrijk om deze periode duidelijk te markeren.

Het afscheid van de huisartsen is op zaterdag 26 maart van 15.00 - 18.00 uur in de Andreaskerk in Kwintsheul.

Op de pijp met is naar een idee van Peter en Ton van Zeijl.

Afbeelding
Afbeelding