EEN ‘GESPREID’ BEDJE

Partnerbijdrage
Afbeelding
(Foto: Dave Weij Fotografie)

De vluchtelingencrisis staat de laatste jaren regelmatig prominent in de schijnwerpers, met als onbetwist hoogtepunt (of wellicht beter gezegd: dieptepunt) de val van het kabinet Rutte IV in de zomer van 2023. Het lukte de bewindslieden niet om overeenstemming te bereiken over een maatregelenpakket om de asielzoekersinstroom te beperken, terwijl dat eigenlijk hárd nodig was. Want de druk op de asielketen was op dat moment enorm, zodat het nemen van vergaande beperkende maatregelen geboden was. Denk bijvoorbeeld aan het (tijdelijk) beperken van het recht op gezinshereniging. Een maatregel, waar D’66 zich mordicus tegen verzette. 

Ondanks de verkiezingswinst van de PVV van Wilders bleef het de periode nadien onverminderd onrustig binnen de asielzoekerscentra. Deze aanhoudende onrust deed de burgermeester van Westerwolde (Ter Apel) zelfs besluiten om begin van dit jaar een kort geding aanhangig te maken tegen het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA). Want sinds november 2023 verbleven er structureel honderden mensen meer in het aanmeldcentrum in Ter Apel dan eigenlijk was toegestaan. De opvang voldeed daardoor niet meer aan de eisen van hygiëne en het was er bovendien fysiek onveilig. 

De kortgedingrechter bleek vervolgens ontvankelijk voor de bezwaren van de gemeente. Het COA werd veroordeeld om het aantal asielzoekers dat in het aanmeldcentrum in Ter Apel verblijft, terug te brengen tot 2000. De rechter overwoog daarbij ook dat het COA meer opvanglocaties elders zal moeten regelen, om ervoor te zorgen dat de druk op Ter Apel vermindert. Dat andere gemeenten hier niet aan willen meewerken, was volgens de rechtbank geen reden de afspraken met Westerwolde te schenden. Deze uitspraak was uiteraard een gevoelige tik op de vingers voor het COA, dat een starre houding werd verweten en verplicht werd om zich meer flexibel en oplossingsgericht op te stellen.

Overigens kwam deze uitspraak voor mij niet zomaar ‘uit de lucht vallen’. Integendeel. Een aantal jaren geleden heb ik namelijk ook zelf tegen het COA geprocedeerd en deze ‘opstelling’ van het COA kwam mij bekend voor. Eén van mijn cliënten had in 2016 zijn hotel ter beschikking gesteld voor de opvang van asielzoekers. Maar de instroom van vluchtelingen in het hotel – dat in allerijl was gerekruteerd door het COA wegens een enorme instroom van asielzoekers in de jaren ervoor - kwam vervolgens nauwelijks op gang. Dat had alles te maken met het feit dat de instroom van vluchtelingen in Nederland kort erna juist drastisch verminderde. Als gevolg daarvan kwamen eind 2016/begin 2017 diverse asielzoekerscentra leeg te staan, waaronder de locatie van mijn cliënt. 

Het COA toonde zich vervolgens een onbetrouwbare contractspartner want op allerlei manieren probeerde zij onder de langdurige contracten uit te komen die zij nota bene kort daarvoor zélf met het volle verstand was aangegaan. Meerdere procedures volgden waaronder een procedure tegen mijn cliënt. Uiteindelijk werd hij door het Hof in Den Haag in het gelijk gesteld onder de toekenning van een forse schadevergoedingsverplichting voor het COA. 

Overigens was dit niet de enige procedure die ik moest voeren met betrekking tot deze opvanglocatie. Want om het mogelijk te kunnen maken dat asielzoekers überhaupt konden worden geplaatst in het hotel, moesten eerst nog 2 ontruimingskortgedingen worden gevoerd om tijdelijk gevestigde seizoensmigranten uit te kunnen zetten. Het was dus een kwestie van – zoals het zo vaak gaat in mijn vak – de ‘lange adem’ en ‘tot het uiterste gaan’. 

Ondertussen lijkt de asielzoekersproblematiek in een enigszins rustiger vaarwater terecht te zijn gekomen. Verleden week – ironisch genoeg op dezelfde dag als de uitspraak in het kort geding ‘Ter Apel’ - is namelijk de lang verwachte Spreidingswet door de Eerste Kamer aangenomen. Uitgangspunt van deze wet is dat asielzoekers beter over de gemeenten in Nederland worden verdeeld. Dat zou dus op termijn de situatie in Ter Apel kunnen verlichten. 

Tegelijkertijd is er ook scherpe kritiek op de wet, bijvoorbeeld uit de hoek van de PVV. Volgens de PVV leidt de wet alleen maar tot verruiming van de opvangcapaciteit en gebeurt er verder niets met de instroom. En daar valt natuurlijk wel iets voor te zeggen, zeker nu in toenemende mate stemmen opgaan om de grote instroom van vluchtelingen een halt toe te roepen. En om daarmee ook de gedachte te doorbreken (die blijkbaar bij veel asielzoekers leeft) dat Nederland een soort van walhalla zou zijn, met onbegrensde mogelijkheden, waar je kunt doen wat je maar wil en waar je op de wenken wordt bediend.

Een ‘fraai’ voorbeeld van dit kwalijke gedachtengoed was toevalligerwijs óók de inzet van een rechtszaak afgelopen week. Een bizarre zaak. Een vluchtelinge uit Eritrea (waar de gemiddelde mens woont in een lemen hut) had in juli vorig jaar een appartement in Heerhugowaard aangeboden gekregen met een woonkamer met open keuken, twee slaapkamers, een berging en een tuin. De woning ligt bovendien in de buurt van Heemskerk, waar de vader van haar zoontje woont. De vrouw had daar ook specifiek om gevraagd. Je zou denken: “deze vrouw dankt God op haar blote knieën, ze komt in een compleet gespreid bedje terecht”, maar niets is minder waar. Zij vond de woning te klein en de open keuken te onveilig voor haar zoontje: “hij kan hier amper vrij bewegen als hij straks wat groter is”. Kortom, de woning werd geweigerd. De vrouw dreigt nu het risico te lopen dat al haar (financiële) rechten worden ontnomen en dat ze uit het asielzoekerscentrum wordt gezet. En naar mijn mening volkomen terecht. 

Overigens staat dit voorbeeld niet op zichzelf, er zijn meer van dit soort voorbeelden. En ik moet het de PVV nageven: je kunt spreiden tot je een ons weegt, maar als we niet snel iets gaan doen aan het beperken van de instroom, dan zal de vluchtelingenproblematiek alleen maar zienderogen groter worden. En met deze beperkingen zal dus ook het verwachtings- en gedragspatroon van vluchtelingen die van heinde en verre (en met niets) naar ons land komen drastisch moeten worden bijgesteld. En wie zich daaraan niet wil conformeren moet linea recta worden teruggestuurd naar het land van herkomst. Want het spreekwoordelijke bedje mag best wel een beetje minder worden ‘gespreid’.