Groene Jeroen: McMUIS

Algemeen
Blijf eens een tijdje doodstil zitten, dan komen deze fantastische overlevingskunstenaars soms vanzelf heel dichtbij.
Blijf eens een tijdje doodstil zitten, dan komen deze fantastische overlevingskunstenaars soms vanzelf heel dichtbij. (Foto: Jeroen Verhoeff)

De bosmuis is een bewonderenswaardig wezentje. Hij heeft gigantische oren, enorm uitpuilende kraalogen, lange snorharen, een prachtige warmbruine vacht en een lange, dunne staart. Hij eet bijna alles: zaden, noten, vruchten, eikels, knoppen, paddenstoelen, insecten, slakken, wormen, spinnen.

Met zo’n gevarieerd dieet en het vermogen om wel vier nesten van tot wel negen jongen per jaar te kunnen krijgen komen ze op geschikte plekken dus in flinke aantallen voor. Zo veel jongen fokken is ook wel nodig, want zo’n beetje alles lust bosmuis. Katten, vossen, torenvalken, buizerds, uilen, wezels en reigers eten zelfs hoofdzakelijk muizen, maar ook allerlei andere dieren snacken graag een muis tussendoor. Maar als die bosmuis zo talrijk is, waarom zien we ze dan zo goed als nooit?

Welnu, onze bosmuis is namelijk heel goed in het onopvallend zijn. Enerzijds doordat hij zich vooral ‘s nachts, maar anderzijds doordat hij zich zo min mogelijk beweegt. Dat doet de bosmuis, net zoals heel veel andere smakelijke dieren dat ook doen, door steeds kort stukjes te rennen om daarna steeds weer bewegingsloos lang te blijven zitten. De kans dat een muizeneter je dan net ziet als je beweegt is dan vrij klein. Als hij je toch rennend mocht zien is hij je tussen de takken en planten ook weer zo uit het oog verloren als je dan opeens weer doodstil en goed gecamoufleerd blijft zitten.

Strategie drie is pure snelheid. Ooit zag ik al fietsend een bosmuis wat verdwaasd in een open grasveld zitten. Toen ik afstapte en hem benaderde ging hij er pijlsnel vandoor met gigantische sprongen waar een kangoeroe jaloers op zou zijn. De beste truc is uiteindelijk om ervoor te zorgen dat je altijd binnen één of twee meter afstand van je holletje of een andere schuilmogelijkheid blijft. Dat wordt in ons zo keurig opgeruimd en bizar overbemaaid landje vol uitheems groen echter steeds lastiger. Want zonder veilige boomstronken en stevige plantenstengelbosjes kunnen die hordes muizenliefhebbers je wel erg makkelijk te pakken krijgen...

PS: Maandag 30 januari (19.30 uur) geef ik een film-lezing over (kleine) zoogdieren in de Windwijzer (Schiedamseweg 95). Entree €5,- www.jeroenverhoeff.nl.