Column Marcel van Stigt: De kunst van het voordringen

Algemeen
Afbeelding
(Foto: Pixabay)

Geduld is een schone zaak, maar dat is aan mij niet altijd besteed. Zeker niet wanneer ik in de pauze van een concert drankjes wil halen met zeven brede rijen mensen voor me die exact hetzelfde willen.

Dan pas ik de kunst van het voordringen toe. Deze tactiek heb ik mezelf lang geleden eigen gemaakt.

Als speelse vingeroefening probeerde ik ooit vooraan te komen bij een concert. Ik doel op het North Sea Jazz Festival dat ik, toen nog in het Congresgebouw in Den Haag, in vijftien achtereenvolgende jaren heb bezocht. 

Ik begaf me bij voorkeur naar de twee benedenzalen, waar elke dag zo’n zeven optredens stonden geprogrammeerd. Geen gereserveerde plekken, gewoon zo snel mogelijk naar voren lopen en ergens op de grond zitten. 

De eerste keer – ik moest mijn weg nog vinden – kwam ik pas laat binnen, stond ik ergens met mijn rug tegen de muur en kon ik nauwelijks wat zien. 

Hier had ik geen dure kaarten voor betaald. Dit moest anders.

Wilde ik een bepaalde artiest zien, dan zorgde ik ervoor dat ik aan het eind van het voorgaande concert al in de zaal aanwezig was. Zodra het was afgelopen en het publiek naar een ander concert vertrok, sloeg ik toe. Ik liep meteen naar voren en zat dan meteen panklaar voor mijn concert. Wel twintig minuten wachten, maar dat vond ik niet erg. 

Maar af en toe wilde ik ook wat drinken. Dan was het dringen aan de bar en daar had ik geen geduld voor. Ook daar moest ik iets op verzinnen. En zo bedacht ik een effectieve tactiek.

Het gaat als volgt: je sluit gewoon aan, en dan is het een kwestie van opletten. Als iemand vooraan zijn bestelde drankjes aanneemt en zich omdraait om ermee naar achteren te lopen, maken degenen die direct bij hem in de buurt staan ruimte. Ze stappen naar achteren en iedereen beweegt mee. Dan is het zaak om langs een paar ruggen juist naar voren te stappen. 

Dat herhaal je een paar keer totdat je op de tweede rij staat. Nu is het van belang achter iemand te gaan staan die een bestelling plaatst. Baant ook die zich een weg uit de drukte, dan draai je langs zijn rug ook weer naar voren. En dan sta je zomaar aan de bar, vóór degenen die eigenlijk aan de beurt waren, maar die zijn nou net beleefd naar achteren gestapt.

Nu moet je nog snel worden geholpen. Dan komt het aan op lichaamstaal. 

Je spreidt je armen en handen een beetje, trekt je wenkbrauwen in een mix van verbazing en verontwaardiging een stukje op en kijkt de barman of -vrouw aan met een blik van ‘Hé, waarom ben ik nog steeds niet aan de beurt?’

De kans is dan groot dat er meteen werk van je bestelling wordt gemaakt. Soms gaat dat zelfs gepaard met een excuus. “Sorry, maar het is zó druk.”

Dat wuif je dan ruimhartig met een royaal armgebaar weg. Zo maak je deze succesvolle move elegant af.