Im Memoriam

Voor Theo Olthuis: ‘De ruimte gaf zijn zachte stem vleugels’

Nieuws
Theo
Theo (Foto: aangeleverd)

BERGEN - In de nacht van woensdag 27 op donderdag 28 maart overleed in zijn slaap dichter Theo Olthuis. Ed Bausch nam de tijd om de juiste woorden te vinden voor de man die zelf meester was over het woord.

door Ed Bausch

“Ik heb nog niet iets van je gehoord.” Theo aan de lijn. “Maak je geen zorgen, je zit gewoon in het programma, hoor.” En dan was hij weer geduldig, afwachtend waar tijdens een editie van ‘Fietsmuziek’ zijn werk zou kunnen voordragen. Ergens buiten in de wind, onder een afdakje, of toch graag ergens binnen. Zoals die keer dat Kunstgetij voor de Fietsmuziek tijdens de Kunst10daagse gebruik mocht maken van het Lucebert atelier, of de kapel van het Karmelklooster in Egmond aan den Hoef. Daar was hij in zijn element. De ruimte gaf zijn zachte stem vleugels. Dan droeg hij vier keer voor, voor steeds een nieuwe groet fietsers. Die afwisseling van ongeduld en meegaand zijn, een ‘meebelever’ dat is wel kenmerkend voor Theo Olthuis, die veelzijdige speler met woorden, de regisseur. Net als zijn zachte stem, die evengoed toch heel bepalend kon zijn. Een naturel overwicht.

Lindeboom

Knap hoe hij, als betrekkelijke nieuwkomer vanuit Amsterdam (in 1998 gekomen) de sfeer van de verschillende kernen heeft weten te raken. Op diverse plekken vind je borden met zijn werk, bij de Ruïnekerk, bij het Vredeskerkje en ook wel elders. Als 82-jarige, je signaleerde door de jaren heen eigenlijk nauwelijks een ouder worden bij hem, was hij volop bezig. Theaterlessen geven op scholen, altijd kijkend luisterend. Ergens voordragend. En uiteindelijk was er dan altijd, vanuit zijn woonkamer aan de Dorpsstraat kijkend naar de lindeboom bij de Petrus en Pauluskerk de pen, in de vorm van vingers op een toetsenbord (ook uiteindelijk bij hem), die woorden gaf aan een gedachte.

Girafje

Mirjam van Riel trok de laatste jaren af en toe met hem op. Uitstapjes maken, naar concerten, ergens voordragen bij een opening van een tentoonstelling, een presentatie of een herdenking van iets. “We leerden elkaar kennen als vrijwilliger bij de kinderboerderij van de Blauwe Reiger aan het Molenweidtje. Hij kon zo enorm verwonderd zijn over iets. Dan kon hij kinderlijk uitroepen dat er nog iets verpakt was in een beukennootje. Ik had eens een girafje voor hem gemaakt, en hij was helemaal ontsteld toen er een pootje afbrak. We gingen ook wel dansen en hij deed trouw zijn gymnastiekoefeningen. De uitvaart was besloten, de nazit in Café met de Pilaren vorige week vrijdag was geluk makend, evengoed.”

Verbazing en krachtig geluid

Zowat in zijn eentje hield hij een heel genre overeind, het aforisme, waarin je in enkele regels een zweem van iets rondstuurt, de wereld in, onder de zon of onder een wolkendek. Iets van verbazing of wel degelijk een krachtig statement. Theo regisseerde letterlijk, theater in diverse vormen. Maar ook met zijn woorden, die konden samenvatten, konden sturen, konden relativeren, konden onderstrepen. Die bijdrage zal in de kernen van de gemeente node worden gemist. Hij ging hartstikke goed. Opeens hield zijn hart er mee op. Ik ga, we gaan je dus niet meer horen, Theo. Kunstgetij zal zorgdragen dat er bij de Fietsmuziek in oktober een mooie blues zal klinken ergens onder een boom, een blues voor Theo. Theo Olthuis, 1941-2024, van stadse jongen een mooie ‘meebelever’ geworden in dromerig gebied. Moge zijn bundel ‘Golfslag’ uit 2006 een gemeentelijk standaardwerk worden.

Nog maar heel kort geleden gaf hij me een kaart, uitgegeven door Plint

‘Vogel’:

Als ik weg wil

word ik soms een vogel

Dan ga ik op mijn tenen staan

En vlieg ik heel ver hier vandaan

Over de huizen en het bos

op eigen wieken helemaal los.

Over de puntige bergen

En de diepe zee;

Als je wilt dan kan je mee.

Voel de wind langs je oren

voel de wind door je haar.

Hij blaast

alle gedachten uit je hoofd

anders ben je veel te zwaar.