Riki (92): “Als ik op tv al die oorlogen zie, komen die beelden van toen weer terug”

Nieuws
Riki Simonis vertelt over haar ervaringen tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Riki Simonis vertelt over haar ervaringen tijdens de Tweede Wereldoorlog. (Foto: Brandeisfotografie)

NIEUW-WEST - Elk jaar dragen kinderen van de Burgemeester De Vlugtschool in Slotermeer hun steentje bij aan de herdenking op Plein ’40-’45. Dit jaar vanwege de ongeregeldheden in de wereld wat minder prominent. Wel volgen ze weer voorafgaand aan 4 mei een serie naschoolse bijeenkomsten in De Buurtslager over het thema oorlog en vooral vrede. De 92-jarige Riki Simonis uit Osdorp kwam daar op bezoek om de leerlingen te vertellen wat zij tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft meegemaakt.

Shirley Brandeis

Ze was hun leeftijd in die jaren. Jaren waarin ze zorgeloos naar school had moeten gaan, maar die haar als negenjarige confronteerden met het slechtste in de wereld. De leerlingen uit groep 7 (allemaal zeggen ze in het voorstelrondje dat ze geschiedenis leuk vinden) hebben veel vragen. Of Riki naar school kon in de oorlog, of ze iemand van de NSB kende, of ze honger heeft gehad. Hoe ze de oorlog heeft ervaren en wat ze het ergste uit die tijd vond. Ze gaat het allemaal vertellen.

Mussert

De leerlingen hebben duidelijk veel kennis over het onderwerp en zijn leergierig. “We hadden helaas geen plek voor alle kinderen die deze naschoolse activiteit wilden volgen,” vertelt Stefan, leraar drama en sociale vaardigheden op de Burgemeester De Vlugtschool. “Het is mooi om elk jaar weer te merken dat deze jongste generatie zo geïnteresseerd is.” En dat is ook voor de krant te merken. Of ze weten wat de NSB is, vraagt Riki na haar verhaal over de buren in haar jeugd die fanatieke aanhangers waren. Het was de reden voor het gezin om van het westen naar het noorden van de stad te verhuizen. Een van de kinderen steekt zijn hand op en geeft een kort college over de politieke partij van Mussert die met de vijand heulde en die ook een jeugdafdeling kende.

“Arie! Arie!”

Als een volleerd verteller (Riki vertelt vaker haar verhaal over de oorlog aan leerlingen) spreekt de 92-jarige vervolgens over de halve dagen school. Dat de Duitse soldaten haar eigen school hadden ingekwartierd, waarna alle leerlingen bij een andere school werden gepropt, wat weer leidde tot halve lesdagen vanwege overvolle klassen. Over haar zeven jaar oudere broer die moest oppassen niet te worden opgepakt om te werk te worden gesteld in Duitsland. 

Over de verborgen ruimte in huis, vakkundig door haar vader gemaakt, waar de broer zich kon verstoppen als er een razzia was. En hoe de bewoners in Noord, waar ze in oktober 1943 naartoe verhuisden vanwege de NSB-buren in West, elkaar beschermden. “Je kon Noord toen alleen bereiken met de pont. Buurmannen van ons stonden daar op wacht en riepen ‘Arie! Arie!’ als er Duitse soldaten aankwamen, zodat de bewoners gealarmeerd waren. ‘Hein! Hein!’ betekende dat de kust weer veilig was.”

Schuilen

Het ergste dat ze meemaakte was in Groningen. “Ik was in maart 1945 vanwege de enorme honger in en rond Amsterdam met de boot over het IJsselmeer daar naartoe gegaan, om bij mijn oom en tante en mijn één jaar oudere nichtje te wonen. Ik had het daar wel naar mijn zin. Ik ging ook gewoon naar school. In Groningen werd in april nog drie dagen gevochten. Mijn oom wilde voor de veiligheid ons meenemen naar zijn werk bij de elektriciteitscentrale, waar je kon schuilen. Van angst ging ik overgeven en kreeg ik diarree. Mijn tante besloot toen maar met ons kinderen thuis te blijven en in de kelder van de melkfabriek tegenover huis te schuilen. Na drie dagen kwam mijn oom grauw en ellendig thuis. Hij was blij dat we niet waren meegegaan, zo heftig was het daar geweest. Achteraf was het dus goed dat we niet mee waren gegaan, maar ik begreep later wel welke opoffering mijn tante had gedaan om niet bij haar man te blijven.”

Binnen een minuut

Ja, er waren vast ook aardige Duitsers in die tijd, antwoordt Riki op een vraag van de kinderen. Ze schetst een tijdsbeeld bij de vragen over wat mensen wisten in de oorlog. “Je moet je voorstellen, we hadden geen telefoon, geen televisie, geen internet. Je wist heel weinig. Nu weet je binnen een minuut wat er waar ook ter wereld gebeurt.” 

En ook dat vindt ze niet altijd makkelijk. “Als ik op tv al die oorlogen zie, komen die beelden van toen weer terug. Het was een hel. Ik ben blij dat jullie er niet bij zijn geweest.”

Geen podiumplek

“Ik was onder de indruk van hun kennis,” zegt Riki Simonis na afloop tegen docent Stefan en VoorUit-studenten Renée en Sterre. “Ze wisten al heel veel over die oorlog.” Mooi vinden de studenten en leraar het dat haar verhaal, een ooggetuigenverslag dat een volgende generatie niet meer zal kunnen horen uit eerste hand, deze geschiedenis dichter bij de kinderen bracht. Noodzakelijk, want inmiddels is het weer erg onrustig in de wereld en zijn er ook in stadsdeel Nieuw-West demonstraties, zoals die van Hizb ut-Tahir op Plein ‘40-’45. Stefan: “Dit jaar nemen we daarom een minder prominente rol in de herdenking in. De situatie in het Midden-Oosten leeft op school, maar we weten ook dat wij hierin niet het verschil gaan maken. We zullen bijdragen, iets moois laten zien, maar de kinderen geen podiumplek geven. We zijn als school a-politiek en als leraar benadruk ik liever dat we respectvol met elkaar om moeten gaan en dat we allemaal voor vrede zijn. Of het nu een oorlog tussen landen is of een ruzie op straat.”