Uit de Commissie

‘Praten over fusielocatie voor twee scholen’

Nieuws
Lees hier alle updates
Lees hier alle updates (Foto: Pexels.com)

BERGEN-“Ik heb het nog nooit gedaan, maar ik denk dat ik het kan”, met die wereldberoemd geworden woorden van Pippi Langkous begon Klaas van der Kaaij de avond, vorige week donderdag 4 april. Het was voor het eerst dat het D66 raadslid de voorzittershamer bij een commissievergadering hanteerde. Hij mocht eerst het woord geven aan een vijftal insprekers. Want het plan voor een fusie tussen twee openbare basisscholen in Bergen mag dan niet omstreden zijn, het plan om als fusie het Zakedijkje te kiezen en niet de van Reenenschool: dat geeft de nodige beroering.

door Ed Bausch

Zo was daar een oud-directeur van de Van Reenenschool die haar oude school nog maar eens aanprees als toplocatie. Wie denkt aan kinderen en hun schooltijd zal het snel met haar eens zijn: veel mooier dan op de Van Reenenschool lijkt een basisschooltijd niet te kunnen zijn. Er is ook de realiteit, er zijn cijfers, er zijn twee ouderraden, er zijn individuele ouders, er is de overkoepelende bestuursstichting ISOB (de Intergemeentelijke Stichting voor Openbaar Basisonderwijs, het bestuur voor 18 scholen in de hele regio), er is de gemeente, in casu de wethouder.

Pal staan voor iedere locatie

Er klonken ook wel verwijten aan het ISOB-bestuur dat de school al vijf jaar geleden al wat zou zijn gaan verwaarlozen. ISOB bestuursvoorzitter Robbert Smit wilde daar niets van weten in zijn inspraakronde. “Ik begrijp de emoties natuurlijk. Maar onze keuze voor de locatie aan het Zakedijkje, dus intrekken bij de Lucebertschool, is tot stand gekomen na heel zorgvuldige procedures, begeleiding door een extern bureau. De opdracht die wij voelen is: het ook in de toekomst sterk houden van openbaar onderwijs in de kern Bergen. En zo lang de keuze niet is gemaakt staan wij natuurlijk pal voor iedere locatie.”

Dreigende opheffingsnorm

En hij somde op dat de meeste kinderen nu eenmaal afkomstig zijn uit de noordelijke buurten van Bergen, dat de docenten elkaar heel goed konden vinden in het beste van de twee scholen bij elkaar brengen, dat het ook een taak is om naar investeringen te kijken en waar die het meest renderen. Hij had het ook over de ‘opheffingsnorm’, die voor beide scholen dreigt bij apart verder gaan.

Ruimte voor noodlokalen?

Er waren vragen vanuit de commissie over de kinderopvang op beide locaties. Alles Kids kan zelfstandig door in de Van Reenenschool. In de Lucebertlocatie wordt samengewerkt met Forte. Er waren vragen over mogelijk meer fusies, misschien ook tussen bijzonder onderwijs en openbaar onderwijs . Want ook daar lopen de aantallen te verwachten kinderen terug in het vergrijzende dorp. En zouden op de locatie Zakedijkje niet de Mathieu Wiegmanschool en de Lucebertschool kunnen fuseren? Ze zitten immers al in een gezamenlijk gebouw, delen het speelplein? Is er op het Zakedijkje wel ruimte voor noodlokalen als de fusieschool Van Reenen/Lucebert toch zou groeien? Hoe moet het met de gymlessen?

Overmaat en voortgang

Er was een degelijke presentatie van een extern bureau, ICS. Er is een schouw gedaan van beide gebouwen, de vierkante meters zijn opgemeten, de parkeersituaties zijn bezien. Bij vestiging in de Van Reenenschool is een omvangrijke renovatie nodig en dan is de toekomst van de locatie aan het Zakedijkje ongewis als daar de helft leeg gaat staan. “Dan heb je daar een overmaat van 360m2.” Uit de commissie kwamen vragen of er wel goed onderzoek is gedaan naar rijksbijdragen voor verduurzaming van Rijksmonument de Van Reenenschool. Nog veel vragen. Donderdag 11 april was er een echte commissievergadering, in het Nieuwsblad Bergen/Egmond van 19 april meer daarover. En Klaas: hij lijkt het te kunnen, het voorzitten van een commissie.