Arie Gorissen, een leven in het teken van basketbal

Sport
Arie Gorissen en basketbal. Het is een twee-eenheid.
Arie Gorissen en basketbal. Het is een twee-eenheid. (Foto: Rodi Media/MvS)

LANDSMEER – Bijna dagelijks was Arie Gorissen met basketbal bezig. Hij doet het nu weliswaar wat rustiger aan, maar ambitieus en gedreven is hij in zijn vierenzestigste levensjaar nog altijd. Als coach van het tweede damesteam, dat op het één na hoogste niveau speelt, wil hij het beste uit zijn speelsters halen. “Dit past nu perfect in het plaatje.” 

Door Marcel van Stigt

Basketbal beheerst, zoals Arie Gorissen zelf noemt, zijn leven. Als zesjarig jochie kwam hij daar voor het eerst mee in aanraking. In Amsterdam-West, waar hij woonde, voetbalde hij eerst nog dagelijks met zijn buurtvriendjes op straat. Maar nadat hij in de Apollohal in de hoofdstad aan een basketbaltoernooi had deelgenomen, was een nieuwe liefde geboren. De snelheid, het technische aspect en de veelzijdigheid van deze tak van sport spraken hem bijzonder aan. Maar vooral bleek hij over een aangeboren talent te beschikken. Hij was handig met de bal en het dribbelen en passen gingen hem uitstekend af. Reden genoeg om voor deze tak van sport te kiezen. 

Basketbalwereld is klein

Naast basketbalspeler is Arie trainer geworden van het eerst herenteam van de Lions; hij woonde weliswaar nog in Amsterdam, maar de basketbalwereld is klein en contact met de Landsmeerse club had hij al snel. “Later, in 1997, ben ik bij de Lions begonnen als trainer van een meisjesjuniorenteam”, vertelt hij. “Een goed team, waarmee wij we Nederlands kampioen zijn geworden. Amstelveen en Landsmeer gaven in die tijd de toon aan en het kampioenschap ging tussen ons. Daarna verhuisde ik naar Landsmeer en heb ik de oudere jeugd getraind. Bij het trainen van jeugd gaat het om het aanleren van zoals ik dan noem de fundamentals. De basis. Dribbelen, passen en gooien. Je moet kunnen dribbelen zonder naar de bal te kijken, zodat je om je heen de vrije speler kunt zoeken. Later komt er meer tactiek bij kijken. Ik was in die tijd heel fanatiek, wilde meedoen voor het kampioenschap. Maar we bleven steken in de middenmoot. Andere teams hadden meer talent en daar viel moeilijk mee te concurreren. Ik wilde er een schepje bovenop doen, maar de groep wilde juist een stapje terug; de meisjes zaten op een leeftijd dat je andere interesses krijgt.” 

Magneet voor talentvolle spelers

Alle begrip, maar Arie Gorissen kon zich hier niet mee vereenzelvigen. Hij verhuisde naar Apollo, dé basketbalclub van Amsterdam en een magneet voor talentvolle spelers. “Lions-coach Laki Lakner werd daar trainer en vroeg mij als assistent. Helaas brak toen de coronacrisis uit. Spelen zonder publiek, elke training beginnen met een test, zo’n ding in je neus, en individueel trainen. Een rare gewaarwording. Ben je eindelijk op het allerhoogste niveau, krijg je dat. Laki Lakner stopte en er kwam een nieuwe trainer. Met mij is daarover niet gecommuniceerd; men dacht kennelijk dat ik ook zou stoppen. Toch ben ik daar weggegaan.” 

‘Corona heeft me aan het denken gezet’

De coronaproblematiek heeft Nederland weinig goeds gebracht. Hoewel, in het geval van Arie Gorissen is dat niet helemaal waar. “Corona heeft me aan het denken gezet. Ik ben me er bewust van geworden dat er meer is dan alleen basketbal. Ik was trainer, supporter van mijn zoon, scheidsrechter... bijna elke avond was ik bij de club. Ouders dachten dat ik hier in dienst was. Ik heb meer tijd voor mezelf genomen.” 

Volmondig ja

Maar zijn geliefde sport helemaal loslaten, dat nooit. En dus zei Arie volmondig ja toen hij in december vorig jaar werd benaderd om de coach van het tweede damesteam op te volgen. “Een leuke, talentvolle groep. Ik ben er bovendien minder tijd aan kwijt. Twee keer in de week trainen en ik heb een back up. We spelen op het één na hoogste niveau, maar het is wel een moeilijk seizoen. Vanwege blessures, maar ook omdat het team uit drie groepen bestaat: een vaste kern, spelers die uit het eerste team komen en minuten moeten maken én jongeren die doorstromen. En af en toe sta ik in overleg ook speelsters af aan het eerste team. Dat is het lot van een tweede team. Eigenlijk zijn we een opleidingsteam, maar in de competitie komen we wel uit tegen eerste teams. Maar zoals het nu gaat past het precies in het voor mij ideale plaatje. Het klopt. En ook nu probeer ik het beste uit het team te halen.’’ 

Het bevalt Arie Gorissen, die zelf nog steeds basketbalt, allemaal uitstekend. Met name is hij blij onderdeel te zijn van een mooie club. “Landslake Lions heeft altijd goede trainers gehad, vandaar het hoge niveau. Er staat een goede organisatie, de zaken worden hier altijd prima geregeld, en we hebben een mooie hal met een sportkantine. Laatst moest ik elders een wedstrijd fluiten. Was na afloop de kantine dicht. Dat is hier ondenkbaar.”